Hoe werkt Zaventem aan een klimaatbestendige omgeving?

Klimaatadaptatiescans geven gemeenten inzicht in adaptatiemogelijkheden op hun grondgebied en handvatten voor een adaptatiestrategie op lange termijn. De eerste drie scans lopen ten einde. We peilen naar de ervaringen met de klimaatadaptatiescan in Zaventem.

27 februari 2025

Klimaatadaptatie

Deel online

facebookLinkedInTwitter

Vorig jaar startte de VMM drie KA-scans op. Studiebureaus begeleidden de lokale besturen van Bilzen & Hoeselt, Zaventem en Wetteren & Sint-Lievens-Houtem in hun zoektocht naar een weerbare omgeving en een klimaatbestendige inrichting. De klimaatadaptietools van de VMM vormden daarbij het vertrekpunt.

Hoe verliep de klimaatadaptatiescan in Zaventem?

We vroegen het aan Guido Declercq, milieuadviseur van de gemeente Zaventem, en Margot De Groote, coördinator van het Strategisch Project Leve(n)de Woluwe, die als experte betrokken was bij de scan.

"Dit was een heel waardevolle denkoefening die ons veel nieuwe inzichten opleverde."
Guido Declerq
Milieuadviseur Zaventem

Guido Declercq: “Het traject was logisch opgebouwd. Eerst werd de situatie in onze gemeente geanalyseerd, waardoor we inzicht kregen in de lokale uitdagingen rond klimaatadaptatie. Tijdens de werkgroepvergaderingen konden we deze inzichten toetsen aan onze terreinkennis en de lokale beleidscontext. Dat zorgde voor een goede wisselwerking met de betrokken experts.”

Margot De Groote: “Voor mij was dit traject een echte realiteitscheck. Willen we de weerbaarheid van dit gebied in de toekomst waarborgen, dan staan we voor grote uitdagingen, vooral in de dichtbebouwde wijken. De data uit het Klimaatportaal van de VMM maakte dat heel concreet. Aanvankelijk leken maatregelen tegen hitte en droogte bijna onhaalbaar. Gelukkig bracht het studiebureau samen met de VMM en ons projectteam nieuwe inzichten. Daardoor leek het plots haalbaarder om actie te ondernemen."

Waren jullie verrast door de resultaten van de klimaatadaptatiescan?

Guido Declercq: “De scan bracht veel nieuwe inzichten, ook al werk ik al jaren in het lokaal milieubeleid. De voorgestelde oplossingen voor klimaatadaptatie gaan soms ver, zoals de volledige herinrichting van pleinen en straten. Zulke ingrijpende veranderingen realiseer je niet van vandaag op morgen.”

Margot De Groote: “Het traject leverde ook waardevolle inzichten op voor ons strategisch project rond beekvalleien. Zo kregen we een antwoord op de vraag: ‘Hoe kunnen we de kwaliteit van het buitengebied behouden en meer integreren in de wijken?’. De verbinding tussen valleien en wijken is daarin een belangrijk aandachtspunt.”

Wat is er nodig om veranderingen op het terrein te realiseren?

Guido Declercq: “Een duidelijk doel is essentieel. Daarna moet er een stappenplan worden uitgetekend. Verandering gebeurt niet in één keer; het is een geleidelijk proces. In dichtbebouwde wijken zoals Zaventem is de ruimte schaars. Wil je straten of parkeerplaatsen ontharden, dan moet je een goed plan uitwerken en rekening houden met de noden van bewoners. Draagvlak en burgerparticipatie zijn cruciaal. Mensen moeten begrijpen waarom zulke projecten belangrijk zijn en hoe ze worden aangepakt.”

De Lindenstraat na herinrichting

Welke uitdagingen zijn er specifiek voor Zaventem?

Guido Declercq: “In deelgemeente Nossegem hebben we dankzij een landinrichtingstraject al enkele aanpassingen doorgevoerd, zoals verbeteringen aan het bufferbekken en ontharding rondom. De volgende stap is het herinrichten van het kerkplein, een typisch verhard oppervlak uit de jaren ’70-’80. Zaventem heeft ook veel smalle straten met weinig groen. We zien mogelijkheden om die om te vormen tot tuinstraten en klimaatstraten, maar dat moet in overleg met bewoners gebeuren. Parkeerplaatsen schrappen ligt bijvoorbeeld gevoelig. Daarnaast willen we richtlijnen opstellen, zodat onze technische diensten klimaatadaptatie kunnen meenemen in hun werkzaamheden, zoals groenaanleg en herinrichting van straten en pleinen.”

Margot De Groote: “Zaventem ligt in een dynamische regio, met de nabijheid van Brussel, de internationale luchthaven en uitgebreide transportinfrastructuur. De gemeente is snel verstedelijkt, met veel verharding als gevolg. In sommige wijken is er nauwelijks nog onverharde ruimte. Daarom moeten we sterk inzetten op ontharding binnen de versteende wijken en dorpskernen.”

Wat zijn de volgende stappen?

Guido Declercq: “De klimaatadaptatiescan is geen eindpunt, maar een startpunt. Dankzij de expertise en begeleiding hebben we veel kennis opgedaan. Nu moeten we ermee aan de slag. We bereiden ons voor om deel te nemen aan een Europees project, waarin we mogelijk subsidies kunnen verkrijgen. Klimaatadaptatie vraagt namelijk niet alleen tijd en kennis, maar ook financiële middelen.”

Margot De Groote: “We kunnen lokale besturen praktisch ondersteunen. Technische diensten hebben niet altijd de expertise om klimaatadaptatie goed aan te pakken. Soms is er een mentaliteitsverandering nodig: om nieuwe materialen te gebruiken, anders te plannen of ontwerpen aan te passen. Die aanpassingen hebben impact, niet alleen in dorpskernen, maar ook in de buitenwijken en lagergelegen stroomgebieden. Ze zijn dus echt de moeite waard. Gemeenten heraanleggen jaarlijks enkele kilometers straat. Als ze dat doen met een klimaatadaptieve mindset, beschermen ze niet alleen de infrastructuur, maar verbeteren ze ook de leefomgeving voor hun inwoners.”

Eind maart start VMM een nieuwe reeks van 3 klimaatadaptatiescans op. In een van de eerstvolgende nieuwsbrieven onthullen we over welke gebieden deze scans zullen gaan, en komen we ook terug op de inzichten die we hebben opgedaan tijdens de eerste reeks KA-scans.

Blijf je graag op de hoogte?

We maken maandelijks voor jou een selectie van de belangrijkste nieuwsberichten op maat van de milieuprofessional.

Schrijf je in op de nieuwsbrief