De Antwerpse haven is een sterk geïndustrialiseerd gebied met veel (petro)chemische bedrijven en 67.000 inwoners. De economische activiteiten in de haven stoten heel wat stoffen uit. De Vlaamse Milieumaatschappij inventariseert deze uitstoot. Daarnaast meet en modelleert VMM de luchtverontreiniging. PFAS werd gemeten in Zwijndrecht, Antwerpen-Linkeroever en in de Antwerpse haven. De VOS-campagne uit 2021 wees op een aantal aandachtsgebieden in de haven van Antwerpen. In 2023 plaatste de VMM extra meetapparatuur om meer info over de bronnen te krijgen.
De uitstoot daalt, in 2022 waren volgende sectoren de belangrijkste bronnen voor diverse stoffen (polluent):
De voorbije decennia verbeterde de luchtkwaliteit. In 2023 werden alle Europese doelstellingen voor luchtkwaliteit gehaald, de WGO-advieswaarden voor NO2 en fijn stof niet. Er is een:
Sterke daling van SO2 tot 2012, daarna stagnatie
Geleidelijke daling voor NO2, fijn stof, zwarte koolstof
Verschillende polluenten hebben een negatieve impact op de gezondheid. Dit kan gaan van lichte irritaties tot vroegtijdige sterfte. Meer over gezondheidseffecten:
Toetsing van de meetresultaten van 2023 in de Antwerpse haven aan de Europese normering en advieswaarden van de WGO:
Polluent
EU
WGO
Fijn stof - PM2,5
✅
❌
Fijn stof - PM10
✅
❌
Stikstofdioxide
✅
❌
Zwaveldioxide
✅
✅
Benzeen
✅
Toestand
Voor zwaveldioxide stellen we vast dat:
De uitstoot in 2022 voor 84 % afkomstig is van de energiesector (raffinaderijen), voor 12 % van de industrie en voor 3 % van verkeer (scheepvaart).
Alle EU- en WGO-doelstellingen voor luchtkwaliteit in 2023 werden gehaald, de hoogste concentraties meten we nabij raffinaderijen.
Voor stikstofoxiden stellen we vast dat:
De uitstoot in 2022 voor 33 % afkomstig is van verkeer (vooral scheepvaart), voor 32 % van industrie en voor 21 % van de raffinaderijen.
De EU-doelstellingen voor luchtkwaliteit in 2023 werden gehaald, de WGO-advieswaarden voor uur-, dag- en jaargemiddelden niet.
Voor fijn stof stellen we vast dat:
95 % van de PM10-uitstoot in 2022 afkomstig is van stofprecursoren. Voor het primair of rechtstreeks uitgestoten PM10-stof, zijn de industrie (58 %), verkeer (24 %) en raffinaderijen (8 %) verantwoordelijk.
Bij primair PM2,5 zien we dezelfde grote bronnen (verkeer 39 % - industrie 34 % - raffinaderijen 12 %).
Voor elementair koolstof neemt het aandeel van verkeer toe (55 %) en hebben industrie, raffinaderijen en off-road een aandeel van ongeveer 12 %. Binnen verkeer heeft scheepsverkeer het grootste aandeel.
De EU-doelstellingen voor luchtkwaliteit in 2023 voor PM10 en PM2,5 werden gehaald, de WGO-advieswaarden niet.
Voor vluchtige organische stoffen stellen we vast dat:
De uitstoot in 2022 voor 54 % afkomstig is van industrie en voor 30 % van de raffinaderijen. Scheepvaart heeft een kleine bijdrage van 3 %.
De EU-doelstellingen in 2023 voor benzeen in de omgevingslucht werden gehaald, de WGO-advieswaarden voor andere VOS ook.
VOS-concentraties in 2023 2 tot 17 keer hoger zijn in de Antwerpse haven dan in Vlaanderen. Extra meetapparatuur leverde meer info over de locatie van de bronnen.
Voor PFAS stellen we vast dat:
PFAS het hoogst is bij 3M.
De PFAS-verontreiniging in Zwijndrecht vooral te wijten is aan historische bedrijfsactiviteiten van 3M.
Het PFAS op rechteroever niet gerelateerd is aan 3M.
Evolutie
Voor zwaveldioxide stellen we vast dat:
In de periode 2005-2022 de uitstoot daalde met 79 %.
De gemiddelde concentratie in de Haven van Antwerpen op 10 jaar tijd met 40 % daalde.
Voor stikstofoxide stellen we vast dat:
In de periode 2005-2022 de uitstoot daalde met 46 %.
De gemiddelde NO2-concentratie in de Antwerpse haven op 10 jaar tijd met 34 % daalde.
De NO2-concentratie in de Antwerpse haven de laatste jaren hoger ligt dan het Vlaams stedelijk gemiddelde.
Voor fijn stof stellen we vast dat:
In de periode 2005-2022 de uitstoot van primair PM10 daalde met 48 %, voor PM2.5 was dit 61 % en elementair koolstof 77 %.
De gemiddelde concentratie van PM10 en PM2,5 in de Antwerpse haven op 10 jaar tijd met een derde afnam, voor zwarte koolstof zien we een halvering.
De concentratie van PM10 in stedelijke gebieden over het algemeen iets hoger ligt dan in de Antwerpse haven, voor PM2,5 en BC is dat de laatste jaren iets lager.
Voor vluchtige organische stoffen stellen we vast dat:
In de periode 2005-2022 de uitstoot van NMVOS daalde met 66 %.
De benzeenconcentratie sterk afnam nabij raffinaderijen en een afvalverwerkend bedrijf en vrij stabiel was op andere meetplaatsen in de haven.
Hoe pakken we dit aan?
De uitstoot bij industrie kan dalen door de milieuwetgeving en vergunningsvoorwaarden aan te passen volgens de laatste stand van de techniek, door extra rookgaszuivering bij grote bedrijven en de plaatsing van katalysatoren op stookinstallaties.
Op basis van de VOS-meetcampagne in de Antwerpse haven initieerde de VMM een aantal acties om de bronnen in kaart te brengen en de uitstoot terug te dringen. Hiervoor werkt ze samen met andere Vlaamse entiteiten en het Havenbedrijf. De extra metingen die VMM uitvoerde, gaf meer info over de bronnen. Emissiebeperkende maatregelen bij een bedrijf zorgde reeds voor lagere VOS-concentraties in de omgevingslucht. Ook in 2025 gebeuren gerichte controles en worden, indien nodig, reductiemaatregelen opgelegd.