Als je zelf water wint, ben je verantwoordelijk voor de kwaliteit. Ook als het er schoon uitziet, moet je het nog steeds laten controleren. Zelfs helder water kan besmet zijn en niet voldoen aan de kwaliteitseisen. Hoe je dit het beste aanpakt, welke parameters je moet laten controleren en in welke frequentie, lees je in de richtlijnen voor eigen waterwinners.
De kwaliteit van putwater is afhankelijk van de diepte, verontreinigingsbronnen in de omgeving en de putconstructie.
De kwaliteit van regenwater verschilt heel sterk en is afhankelijk van bv. vervuiling van de oppervlakken waarmee het water in contact komt (dak, dakgoten ...), de opslagcondities ...
Aanbeveling: Sluit daarom, als het kan, aan op het openbare waternet. Kraanwater van het waterbedrijf is altijd een veilige en gezonde keuze.
Voldoet het niet aan de drinkwaternormen, dan moet je de nodige herstelmaatregelen nemen vooraleer je het putwater of regenwater gebruikt voor drinkwatertoepassingen.