- Langs verschillende plaatsen op de openbare weg worden meetopstellingen ingericht die de uitstoot bepalen van voorbijrijdende voertuigen. De bestuurders van deze voertuigen worden op geen enkele manier gehinderd door deze metingen.
- Van elk voertuig dat passeert langs een meetpost wordt de uitstoot van kooldioxide (CO2), koolmonoxide (CO), stikstofmonoxide (NO), stikstofdioxide (NO2), koolwaterstoffen (HC) en deeltjes (PM) geregistreerd.
- De meetresultaten van elk voertuig worden gecombineerd met technische voertuiggegevens zoals ze bekend zijn bij de FOD Mobiliteit en Vervoer (DIV). Dit omvat onder andere de categorie, de brandstof en de Euro-norm van voertuigen.
- De combinatie van de meetresultaten en technische gegevens geeft inzicht in de emissieprestaties van de voertuigen. Na uitvoerige analyses kunnen we aan het licht brengen dat een bepaald voertuigmodel meer uitstoot dan een ander, vergelijkbaar model. Dit kan aanleiding geven tot vervolgonderzoek op basis waarvan de fabrikant verantwoordelijk is om een oplossing te voorzien.
- De metingen stellen ons ook in staat om probleemvoertuigen te zien. Dit zijn voertuigen die in opeenvolgende metingen sterk verhoogde emissies optekenen. Dit kan wijzen op emissiefraude van de eigenaar.
- Door de emissieprestaties van voertuigmodellen te monitoren en navolgende testprogramma’s op te zetten, kunnen we in de toekomst ook beter toezicht houden op fabrikanten en nagaan of hun voertuigen op de weg niet te veel uitstoten. Nu het mogelijk is om eigenaars die hun voertuig manipuleren via remote sensing te ‘zien’, blijven zo'n illegale praktijken niet langer verborgen. Meer info op de webpagina 'Hoe pakken we emissiefraude aan?'
- De verwerking van meetgegevens en voertuiggegevens is onderworpen aan beveiligde procedures om het respect voor de privacy en de geldende GDPR-wetgeving te garanderen.
Feiten & cijfers
Beleid
Diensten & producten
Projecten
Tips
Hoe werkt remote sensing?
Hoeveel stoot een wagen, bestelwagen of vrachtwagen uit in het verkeer? En hoeveel wijkt dit af van de theoretische, beloofde uitstoot? Met de nieuwe techniek van 'remote sensing' voerde Vlaanderen een van de grootste onderzoeken in Europa uit naar de echte uitstoot in het verkeer.
Hoe werkt remote sensing?
Hoe zetten we de techniek in Vlaanderen in?
De techniek werd reeds succesvol toegepast in Vlaanderen en heeft haar waarde al bewezen als betrouwbare techniek. Op basis van de opgedane ervaring werkt de Vlaamse Milieumaatschappij samen met andere partners om ook in de toekomst verder te gaan met remote sensing. Zo werkten we al samen met Leefmilieu Brussel dat een remote sensing campagne organiseerde in het najaar van 2020 en ook met het havenbestuur van Antwerpen dat een remote sensing campagne uitvoert in mei - juni 2021. Wat handhaving betreft, werken we ook samen met de politie en wegeninspecteurs van VLABEL. Verbeterd inzicht in de werkelijke emissieprestaties van voertuigen stelt ons in staat om het beleid en de wetgeving blijvend te verbeteren. Zo bouwen we voort aan een gezonde leefomgeving voor alle Vlamingen.
- De metingen kunnen gebruikt worden door politie en wegeninspecteurs om zware vervuilers uit het verkeer te halen.
- De meetgegevens kunnen de periodieke technische keuring versterken met het oog op het bestrijden van fraude.
- De meetresultaten laten de overheid toe om efficiënt toezicht te houden op fabrikanten, zodat de beloofde uitstoot overeen komt met die van voertuigen op de weg in Vlaanderen.
- Verbeterd inzicht in de werkelijke emissieprestaties van voertuigen stellen ons in staat om het beleid en de wetgeving blijvend te verbeteren. Zo bouwen we voort aan een gezonde leefomgeving voor alle Vlamingen.
Conclusies uit de metingen
In 2019 werd met zogenaamde ‘remote sensing’ de uitstoot van ongeveer 200.000 voertuigen gemeten langs 5 plaatsen op de openbare weg in Vlaanderen. Wat leren we uit de studie?
Lees meer over het pilootproject uit 2019
Dieselgate blijft ons achtervolgen
Behalve de meest recente modellen, stoten wagens en bestelwagens op diesel in realiteit veel te veel stikstofoxiden uit: 3 tot 5 keer meer dan de theoretische normen. We zien hierin de gevolgen van het Dieselgate schandaal. Door gesjoemel van fabrikanten stoten deze voertuigen op de baan veel meer stikstofoxiden uit dan beloofd. Als de fabrikanten ervoor hadden gezorgd dat hun dieselvoertuigen in reële rijomstandigheden de Europese emissienormen respecteren, dan werden er in Vlaanderen maar liefst 70% minder stikstofoxiden uitgestoten en hadden we de luchtkwaliteitsnormen overal in Vlaanderen gerespecteerd.
De metingen tonen gelukkig ook een kentering aan vanaf Euro 6d(-temp) voertuigen. Hoewel de metingen nog beperkt waren in aantal lijken de meest recente diesels minder NOx uit te stoten dan hun voorgangers. Dit toont aan dat het gevoerde beleid na Dieselgate met verbeterde testprocedures zijn vruchten kan afwerpen. We moeten hierop blijven inzetten zodat toekomstige voertuigen in realiteit de beloofde uitstootwaarden effectief halen. Belangrijk hierbij is dat deze voertuigen ook betrouwbaar en proper blijven en geen nieuwe achterpoortjes worden gevonden. Zo bevat de studie ook indicaties van verschillende gebreken in de huidige Europese wetgeving en testprocedures op basis waarvan het risico blijft bestaan dat fabrikanten voertuigen verkopen die in de praktijk problematische emissies veroorzaken. We moeten daarom blijven opvolgen of de huidige en volgende generaties Euro 6d hun beloftes waarmaken. Niet in het minst is dit nodig bij dieselvoertuigen, die wettelijk gezien nog steeds meer stikstofoxiden mogen uitstoten dan benzinevoertuigen en die sterk afhankelijk zijn van dure en complexe emissiecontrolesystemen. Daarnaast moeten we ervoor zorgen dat de laatste wettelijke achterpoortjes gesloten worden. Vlaanderen zet zich daarom in voor een betrouwbare nieuwe emissiestandaard, zodat alle toekomstige Euro 7-voertuigen betrouwbaarder en beter zullen presteren.
Kleine groep fraudeurs zorgt voor overmatig veel luchtverontreiniging
We zien in de metingen ook een kleinere groep voertuigen (5 à 10% van onze vloot of ongeveer 300.000 voertuigen) met zeer hoge emissies. Naarmate de meeste nieuwe voertuigen gaandeweg properder worden, weegt de bijdrage van die kleine groep vuile voertuigen steeds zwaarder door. Het kan gaan om gebrekkig onderhoud, maar vaak is er ook fraude in het spel.
Eén Euro VI vrachtwagen die zijn katalysator uitschakelt om onderhoudskosten te besparen, stoot evenveel stikstofoxiden uit als 15 reglementaire vrachtwagens. Op basis van de metingen schatten we dat 5 à 10% van de vrachtwagens die rondrijden in Vlaanderen AdBlue fraude pleegt (= uitschakelen katalysator).
Ook eigenaars van personenwagens durven frauderen met illegale aanpassingen zoals het verwijderen van hun roetfilter. Zo zien we dat binnen de groep dieselwagens die zou moeten zijn uitgerust met een roetfilter ruim 80% van de fijn stof uitstoot afkomstig is van slechts 10% probleemvoertuigen. Op die manier stoten ze meer dan honderd keer zo veel fijn stof uit.
Tot voor kort bleef zulke fraude veelal onzichtbaar. Dankzij remote sensing en verbeterde testprocedures tijdens wegkantcontroles en tijdens de periodieke keuring kunnen we een halt toeroepen aan deze fraude en veel milieu- en gezondheidswinst boeken.
Onderstaande figuur toont in het groen wat de uitstoot zou zijn indien er geen probleemvoertuigen zouden zijn (daarmee verstaan we voertuigen die het veel slechter doen dan vergelijkbare voertuigen). Dit is weergegeven als de gemiddelde emissie van een normaal voertuig in werkelijk verkeer. In het donkerrood zien we hoe de uitstoot van een kleine groep van 5 à 10% probleemvoertuigen de gemiddelde uitstoot sterk doet toenemen. Hieruit zien we dat we een zeer grote milieuwinst kunnen boeken door een kleine groep probleemvoertuigen aan te pakken. Binnen de groep van oudere dieselwagens en -bestelwagens zien we een algemeen probleem van hoge uitstoot van stikstofoxiden (oranje). Die emissies kunnen dus niet worden toegeschreven aan een kleine groep probleemvoertuigen.
Uitstoot verschilt van plaats tot plaats
Het emissiegedrag van voertuigen verschilt van plaats tot plaats op basis van de rijomstandigheden. Dezelfde voertuigen veroorzaken in de stad niet dezelfde uitstoot als op de snelweg. Zo zien we dat benzinewagens gemiddeld minder stikstofoxiden uitstoten tijdens stadsverkeer in vergelijking met snelwegen en recente dieselvoertuigen net meer. Tijdens de meetcampagne werd er zowel in de stad, de buitenwegen als op snelwegen gemeten. Dat is belangrijk om een volledig beeld op te bouwen van de emissieprestaties van voertuigen. Bovendien heeft elke Vlaming, ongeacht waar die woont, recht op gezonde lucht.
Download de volledige onderzoeksrapporten: