Droge maart zorgt voor lage peilen waterlopen en daling grondwater

Maart was een zeer droge maand met maar 13% van de normale neerslaghoeveelheid. Dat vertaalt zich in snel gedaalde debieten en waterpeilen op de waterlopen. Ook de freatische grondwaterstanden dalen, maar tonen een gemengd beeld afhankelijk van de streek.

9 april 2025

Beheer waterlopen
Droogte
Grondwater
Overstromingen

Deel online

facebookLinkedInTwitter

Zeer droge maart 2025

Het KMI registreerde in maart maar 7,8 mm neerslag in Ukkel, wat overeenkomt met slechts 13% van de normale neerslaghoeveelheid voor maart. Datzelfde beeld ziet de VMM met haar netwerk van pluviometers verspreid over Vlaanderen. De gemeten neerslaghoeveelheden in maart variëren afhankelijk van de locatie van minimum 1,8 mm (Moerbeke) tot maximum 10,4 mm neerslag (Bonheiden).

De droogtesituatie is daardoor in korte tijd snel veranderd. Na een zeer natte winter heeft de uitzonderlijk droge maand maart gezorgd voor een snelle daling van de waterpeilen en afvoeren van de onbevaarbare waterlopen. Heel wat waterbeheerders nemen al eerste preventieve maatregelen. Meer over de actuele droogtesituatie (svz 4/04/25).

Verschuiving naar lage tot zeer lage waterloopdebieten

Door de weinige neerslag dalen de 14-daags gemiddelde debieten op de onbevaarbare waterlopen in Vlaanderen. Rekening houdend met de tijd van het jaar is de daling het meest uitgesproken in het westelijk en noordelijk deel van Vlaanderen.

Op ongeveer een derde van de meetstations worden nu zeer lage 14-daagse gemiddelde debieten vastgesteld. Op 50% van de stations meten we nog normale debieten voor de tijd van het jaar, maar dat is wel een stevige daling t.o.v. de situatie in februari (77% stations met normale debieten).

In het Dijle- en Demerbekken is de situatie voorlopig nog beter dan de rest van Vlaanderen, met hogere 14-daagse gemiddelde debieten.

Meer lagere dan normale grondwaterstanden

Na een lange periode van hoger dan normale grondwaterstanden zorgt de droge maand maart ook voor een kentering in de grondwaterstanden.

Voor deze tijd van het jaar zien we:

  • 60% meetlocaties met lage tot zeer lage peilen
  • 16% meetlocaties met normale peilen
  • 24% meetlocaties met hoge tot zeer hoge peilen

Huidige grondwaterstandsveranderingen en relatieve situering van de huidige freatische grondwaterstand.

Net zoals bij de waterlopen, volgen de grondwaterstanden de hoeveelheid neerslag en de verdeling van de neerslag over Vlaanderen. Sinds de zomer van 2024 viel er in het noorden van de provincies West- en Oost-Vlaanderen en een deel van de provincie Antwerpen veel minder neerslag dan normaal. Daar kwamen dan nog eens een droge maand februari en zeer droge maand maart in 2025 voor heel Vlaanderen bovenop.

Blijf je graag op de hoogte?

We maken maandelijks voor jou een selectie van de belangrijkste nieuwsberichten op maat van de milieuprofessional.

Schrijf je in op de nieuwsbrief