
Europa actualiseert lijst verontreinigende stoffen
De Europese Raad, Europese Commissie en het Europees Parlement bereikten een voorlopig akkoord over de lijst van prioritaire stoffen die onze oppervlakte- en grondwateren aantasten. De herziening is een belangrijke stap in de bescherming van de waterkwaliteit in Europa.
De kaderrichtlijn Water (KRW) vormt sinds december 2000 de basis voor het waterbeleid in Europa en Vlaanderen. Het doel is een goede toestand van oppervlakte- en grondwater. De actualisering van de stoffenlijst is cruciaal om dat doel te halen en om de regels af te stemmen op de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Voor oppervlaktewater is dit zowel ecologisch als chemisch, voor grondwater chemisch en kwantitatief. De lijsten van stoffen die geactualiseerd worden, vormen het toetsingskader voor de beoordeling van de chemische toestand. De stoffen op deze lijsten zijn gevaarlijk voor mens en milieu. Europees geharmoniseerde normen zijn belangrijk om een gelijk speelveld te creëren in de aanpak van deze stoffen. De KRW verplichtte lidstaten al om een verslechtering van de toestand van waterlichamen te voorkomen. De actualisering omschrijft die verplichting nu duidelijker.
Wat verandert er?
Naast bestaande stoffen komen er nieuwe stoffen op de prioriteitenlijst, waaronder bepaalde pesticiden, geneesmiddelen, bisfenolen en PFAS (per- en polyfluoralkylstoffen). Trifluorazijnzuur (TFA), een afbraakproduct van PFAS, wordt toegevoegd aan de norm voor PFAS in oppervlaktewater. Ook wordt er een somnorm voor pesticiden ingevoerd. Voor een aantal stoffen verstrengt de norm. Anderen worden aangescherpt overeenstemmend met het recentste wetenschappelijke advies. Een aantal stoffen worden verschoven naar een lijst met stroomgebiedspecifieke stoffen omdat ze niet langer een Europa-breed probleem vormen, maar misschien wel nog relevant zijn voor specifieke stroomgebieden.
Ook voor grondwater wordt de lijst uitgebreid met PFAS en een aantal medicijnen. Aangezien grondwater een belangrijke bron voor drinkwater is, is PFAS afgestemd met de drinkwaternorm.
Versterkte monitoring en rapportage
Het akkoord verhoogt ook de rapportageverplichtingen voor EU-lidstaten. Zo moeten ze voortaan om de drie jaar de biologische kwaliteitsgegevens rapporteren. Chemische monitoringresultaten voor oppervlakte- en grondwater moeten om de twee jaar gerapporteerd worden. Om het potentieel van nieuwe meettechnieken te evalueren, moeten lidstaten gedurende 2 jaar effectgebaseerde monitoring (EMB) toepassen samen met traditionele monitoring van oestrogene stoffen.
Afwijkingen
Er worden twee extra afwijkingen ingevoerd: één voor kortdurende, tijdelijke verslechtering en één voor gevallen waarin verontreiniging wordt verplaatst zonder de totale vracht in het milieu te verhogen. Er zijn strikte voorwaarden verbonden aan de toepassing van deze nieuwe afwijkingen.
Naleving en termijnen
Lidstaten krijgen tot 2039 de tijd om aan de nieuwe normen te voldoen, met een mogelijke verlenging tot 2045. Voor stoffen met aangepaste normen is de deadline 2033.
Meer weten?Tijdens het webinar van 11 december gaf VMM-expert Veronique Van Den Langenbergh een toelichting over deze wijzigingen en de impact voor Vlaanderen. De opname is beschikbaar voor wie de details wil herbekijken. |
De huidige toestand van de waterkwaliteit kan je raadplegen op ons:
