Handleiding Grachten Applicatie (GA)
Grachten zijn een belangrijk onderdeel van ons watersysteem. Maar vaak zijn ze nog niet voldoende in kaart gebracht. Daardoor missen we ook kansen om ze efficiënt in te zetten voor het lokale waterbeleid. Om die leemte in te vullen, heeft de Vlaams Milieumaatschappij (VMM) een ontwerp grachtenkaart (Grachtenbestand0.1) opgemaakt in samenwerking met Digitaal Vlaanderen (EODaS) en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO).
De VMM nam ook het initiatief voor een validatietraject dat als doel heeft de automatisch gedetecteerde afwateringsstructuren in het Grachtenbestand0.1 als potentiële grachten te evalueren. Daarvoor ontwikkelde de VMM in samenwerking met dezelfde partners (EODaS/VITO) de Grachten applicatie (GA).
Het Grachtenbestand 0.1, is een eerste versie kandidaat grachtenbestand uit het project ‘Regionale grachten detectie’ (DigitaalVlaanderen-EODaS, VITO-RS (2022). Regionale Grachtendetectie. In opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij. Eindrapportering 59pp.). Het is een werkbestand dat onder andere via artificiële intelligentie afgeleid is uit de nauwkeurige hoogte informatie van het Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen (DHMVII). En vormt de input voor verdere validatie op basis van terreinkennis.
De gevalideerde afwateringsstructuren kunnen vervolgens lokaal en regionaal gebruikt worden in modellen en beheer applicaties (vb. de opmaak van hemelwater- en droogteplannen, opsporen van waterverontreiniging, erosiebestrijding …).
Informatie over dit validatietraject is te vinden via de landingspagina van het Grachten project.
Deze handleiding bevat samenvattende informatie over het gebruik van de applicatie en over de afwateringsstructuren of ‘centerlijnen’ die het onderwerp vormen van de huidige validatie oefening. Ze bevat belangrijke aanbevelingen voor een goed gebruik ‘best practice’ alsook tips en instructievideo’s met voorbeelden van de verschillende mogelijkheden die de applicatie biedt om het valideerwerk zo efficiënt mogelijk te maken.
Op basis van de gebruikerservaring wordt eveneens een lijst met veel gestelde vragen bijgehouden (FAQ).
Tip! Open de handleiding of de lijst met veel gestelde vragen in een apart tabblad of nieuw tabblad van je browser, dan heb je de informatie altijd bij de hand.
Rubrieken
De applicatie openen en aanmelden
Centerlijnsegmenten en lijsten
Valideren van de centerlijn segmenten
Actieknoppen en mogelijke combinaties
Toetsencombinaties in de GA (keyboard shortcuts)
Centerlijnsegmenten selecteren en de-selecteren
Centerlijnsegment aanpassen (node toevoegen/verwijderen, node verslepen)
Verwijderen van delen van een lijn
Nieuw centerlijnsegment tekenen
Attributen van een centerlijn aanpassen
Bewaren van gemaakte aanpassingen
Filteren in de lijsten met aangepaste segmenten
Filteren op verwijderde segmenten
Filteren op geselecteerde segmenten
Evalueren van gemaakte aanpassingen tijdens de validatie (GA-administrator)
Wijzigingen aanvaarden/afwijzen/overwegen
Herstellen van verwijderde segmenten
Laatste wijziging ongedaan maken
Historiek opvragen en Herediteren van gemaakte aanpassingen aan centerlijnen
Beeindigen van de volledige validatie oefening - Formeel afsluiten van een organisatie
De GA is een ‘Feature Validatie Applicatie’ die opengesteld wordt via het toegangs- en gebruikersbeheer van de Federale en Vlaamse overheid (ACM/IDM). Dat betekent dat ze ontwikkeld is om vectorkaarten aan de eindgebruiker ter beschikking te stellen voor controle en/of aanpassing van de features (lijnen of polygonen). Dit kan zijn het verslepen van punten op een lijn, het knippen van een lijn, het verwijderen van een lijn, het bijtekenen van een lijn.
De applicatie opent eenvoudig vanop eender welke computer via de beschikbare internetbrowsers. Er is geen nood aan het installeren van specifieke software, noch de opslag van data. De meeste computers met een up to date besturingssysteem zullen geen probleem ondervinden. De applicatie is getest op een standaard desktop/laptop (Windows en Mac besturingssysteem) met de recente versies van de internetbrowsers (Google Chrome, Microsoft Edge, Firefox, Safari). De applicatie is niet ontwikkeld voor tablet of smartphone. Dat betekent dat hoewel de applicatie kan geopend worden op een tablet, het niet aangeraden is omdat de functionaliteit daar niet gegarandeerd wordt.
Om de applicatie op te starten klikt u op de VMM landingspagina op de link Grachten Applicatie, of opent u uw internet browser en typt u de URL: https://hydro.vmm.be/grachten gevolgd door “enter”. Vervolgens komt u op de aanmeld pagina terecht, waar u gevraagd wordt in te loggen met één van de door u ingestelde digitale sleutels. U kan bijvoorbeeld aanmelden met uw e-ID, met itsme, of een andere digitale sleutel die u instelde.
U meldt aan als werknemer van uw organisatie en krijgt automatisch te zien welke applicatie rollen u binnen de applicatie kan gebruiken.
Tip: eens aangemeld krijgt u van het authenticatie systeem een sessie met een bepaalde duur. Wanneer u niet actief bent tijdens uw sessie zal de sessie verlopen na een uur. U dient zich dan opnieuw aan te melden.
De toepassingseigenaar (VMM) van de applicatie duidt de organisaties aan die toegang kunnen krijgen tot de applicatie (GA gebruikersrecht). De organisaties bepalen vervolgens welke personen welke rollen opnemen binnen de GA. Afhankelijk van uw verantwoordelijkheid binnen uw organisatie zal u een andere rol hebben. Deze rollen worden, op aangeven van uw verantwoordelijke, door de lokale beheerder van uw organisatie toegewezen in het gebruikersbeheer van de Vlaamse overheid. U kan controleren wie uw lokale beheerder is en welke gebruikersrechten en rollen u heeft via https://mijnprofiel-gebruikersbeheer.vlaanderen.be .
Volgende gebruikersrechten worden in de GA onderscheiden:
- GA-gebruiker
- GA-DEMOgebruiker
Het GA gebruiker recht wordt toegekend binnen het Gebruikersbeheer van de Vlaamse overheid door de toepassingseigenaar op het niveau van uw organisatie.
U kan binnen uw organisatie zowel het GA DEMO recht als het GA recht hebben op de applicatie. Het GA DEMO recht is voorzien om tijdens de trainingssessies te oefenen op het wijzigen van centerlijnen in het Grachtenbestand. De wijzigingen die gedaan worden onder het DEMO recht worden niet bewaard in de GA databank.
Het is belangrijk dat indien u beide rechten heeft (zowel DEMO als STANDAARD) dat u erop toeziet dat u de wijzigingen die u wil opleveren aan de VMM steeds maakt terwijl u aangelogd bent onder het STANDAARD recht!
Volgende gebruiker rollen worden onderscheiden in de GA:
- GA-validator
- GA-administrator
- GA-raadpleger
- GA-supervisor (uitsluitend voor de toepassingseigenaar)
De GA gebruiker rollen worden toegewezen binnen het Gebruikersbeheer van de Vlaamse overheid door uw lokale beheerder op het niveau van personen.
U kan binnen uw organisatie slechts 1 rol type hebben ! Dat wil zeggen dat u dus nooit de rol GA-raadpleger EN de rol GA-validator zal hebben. Er kunnen meerdere personen binnen uw organisatie eenzelfde rol hebben. De verantwoordelijke voor bv het waterbeheer in uw organisatie bepaalt wie binnen de organisatie welke rol krijgt en geeft dit door aan de lokale beheerder.
Als validator hebt u alle functionaliteit van de GA die nodig is om aanpassingen aan de centerlijnen binnen het gebied van uw organisatie uit te voeren en te bewaren in de GA databank.
Als administrator hebt u alle functionaliteit van de GA die nodig is om aanpassingen aan de centerlijnen binnen het gebied van uw organisatie uit te voeren en te bewaren in de GA databank. En hebt u de functionaliteit van de GA die nodig is om gemaakte aanpassingen te evalueren en om centerlijnen als afgewerkt door te geven naar de databank.
Als administrator staat u ook in voor het afsluiten van het validatieproces in uw organisatie. Waarbij u alle, al dan niet aangepaste, centerlijnen in het volledige gebied van uw organisatie als afgewerkt kan doorgeven naar de databank.
Als GA raadpleger hebt u toegang tot de applicatie om binnen het gebied van uw organisatie op te volgen welke centerlijnen gewijzigd en afgewerkt zijn. De raadpleger kan zelf geen wijzigingen uitvoeren.
Als supervisor hebt u alle functionaliteit van de GA zoals de GA administrator, inclusief de monitoring en analyse functionaliteit voor opvolging van het verloop van het project.
De hele bedoeling van de GA is om een browser applicatie ter beschikking te stellen aan waterbeherende instanties om op die manier toegang te verschaffen tot het Grachtenbestand0.1 uit het project ‘Regionale grachten detectie’ (EODaS, VITO-RS (2022). Regionale Grachtendetectie. In opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij. Eindrapportering 59pp.). Om vervolgens via eenvoudige editeer operaties de terreinkennis over de fijnmazige afwateringstructuren toe te voegen aan het Grachtenbestand0.1.
Middelgrote tot kleine afwateringsstructuren vormen een belangrijk onderdeel van het watersysteem in Vlaanderen. Het zijn de “de haarvaten” van het systeem. Een verhoogde beleidsmatige aandacht voor deze haarvaten is cruciaal binnen de huidige en toekomstige klimatologische omstandigheden. Zowel op vlak van buffering, infiltratie, regenwateropvang, afstroom als nutriënten stromen. Ze zijn daarom een onmisbare variabele als input in de overstromings-, droogte- alsook de erosiemodellen. Echter de expertenkennis leert dat de inventarisatie van deze haarvaten in Vlaanderen nog verre van volledig is.
Na het uitvoeren van een haalbaarheidsstudie leverde het Regionaal Grachtenproject (2021) een eerste belangrijke stap in het automatisch inventariseren van een groot deel van deze afwateringsstructuren op basis van het DHMVII hoogtemodel voor Vlaanderen. De gedetecteerde afwateringstructuren worden bewaard als centerlijnen in het Grachtenbestand0.1. Het Grachtenbestand0.1 bevat zowel de reeds gekende en geklasseerde waterlopen uit de Digitale Atlas, als de niet geklasseerde waterlopen uit de VHA en/of GRB (watergang), als de baangrachten (waarvan sommige reeds opgenomen in het GRB), als de nog nergens ingetekende afwateringstructuren (Figuur 1).
|
|
|
|
|
|
Figuur 1: Voorstelling van het onderwerp van deze validatie met van links boven naar rechts onder a) het digitaal terrein model DHMVII, b) de waterlopen uit de digitale atlas (zwart), de niet geklasseerde VHA waterlopen en GRB watergangen (blauw), c) de GRB wegen (grijs) en GRB baangrachten (lichtgroen), d) de centerlijnen laag met legende, e) de centerlijnen laag op de DHMVII hillshade, f) uitsnede uit e) waar de in het Grachtenbestand0.1 weerhouden centerlijnen getoond worden op het afstromingsraster berekend op een zeer hoge resolutie DTM.
Een eerste kwalitatieve evaluatie van deze centerlijnen door experten uit het beleidsdomein Omgeving toont enerzijds dat de dataset al zeer goed de bestaande, reeds gekarteerde grachten correct weergeeft, alsook de op dit moment nog niet gekarteerde grachten. Anderzijds is de hoogte data waarop de detectie gebaseerd is (DHMVII) ondertussen wel 10 jaar oud. Een verdere kwalitatieve validatie naar actualiteit en juistheid van de centerlijnen is noodzakelijk.
Een voorbeeld van hoe gedurende de loop van de jaren het terrein substantieel kan gewijzigd zijn is te zien in Figuur 2.
Figuur 2: Een tijdverschil van 10 jaar weergegeven in 2 orthofotomozaieken als achtergrondlaag met daarboven de VMM_centerline laag (gekleurde lijnen) en de lagen van de Digitale Atlas (zwarte lijnen) en VHA waterlopen (blauwe lijnen).
Het is nu de bedoeling om, in samenspraak met de verschillende waterbeheerders, aan te geven welke centerlijnen (gedetecteerde afwateringsgreppels, structuren, kanaaltjes, …) uit het kandidaat grachtenbestand effectief op het terrein aanwezig zijn en weerhouden dienen te worden als onderdeel van het afwateringssysteem. En welke afwateringsstructuren en/of ondergrondse verbindingen mogelijks moeten bijgetekend worden.
Er wordt hiervoor een beroep gedaan op de lokale (gemeenten, polders en wateringen, provincies) en regionale experten binnen de diverse betrokken diensten.
De lijnen die getoond worden in de GA, de laag “VMM Centerline”, volgen de werkelijke topografie van het terrein op basis van de DHMVII hoogtegegevens van Digitaal Vlaanderen. Ze representeren meer bepaald het centrum (centerlijnen) van effectieve afwateringsstructuren, greppels, grachten, waterlopen die aanwezig waren op het moment van de hoogtemeting DHMVII over Vlaanderen. Dat was in 2013-2015. De achtergrondlagen die hiermee overeenkomen zijn de laag “Ortho 2013-15 10cm” (de grootschalige orthomozaiek opgenomen gelijktijdig met de LiDAR hoogtemetingen), de laag “DTM 1m” (het digitaal hoogtemodel), de laag “Hillshade 25cm” (hellingenkaart) en de laag “FlowAcc 1m” (het afstromingsraster).
Zoals te zien in Figuur 3, is niet elke greppel weerhouden in de laag VMM Centerline. Er is reeds een selectie gebeurd op basis van de fysische eigenschappen van de gevonden reliëf structuren. Voor meer informatie over de opmaak van het Grachtenbestand0.1 wordt verwezen naar de project documentatie.
Figuur 3: DHMVII hoogtegegevens voor Vlaanderen met de daaruit afgeleide centerlijnen in het Grachtenbestand0.1. Van links boven naar rechts onder: de achtergrondlagen ORTHO 2013-2015, DTM 1m, Hillshade 25cm en FlowAcc 1m telkens met de waterlopen uit de digitale atlas en de centerlijnen als voorgrondlaag.
De volgende types van centerlijnen worden onderscheiden in de GA:
GR_TYPE |
beschrijving |
UNET |
Automatisch gedetecteerde afwateringsstructuren door het neuraal netwerk (CNN – UNET), |
UNET_WTZ |
UNET structuren die samenvallen met WTZ (watergang uit het GRB) |
UNET_WGR |
UNET structuren die samenvallen met WGR (gracht uit het GRB) |
UNET_CONN |
Automatische connectie tussen UNET structuren |
WLAS |
Trajecten van de WLAS, die uit de VHA zijn toegevoegd aan het centerlijnen bestand, omdat het gaat over 1) bredere rivieren/kanalen (niet de topic van de automatische detectie) 2) inbuizingen (onzichtbaar) of 3) wlas stukken die positioneel ver afwijken van de automatisch gevonden structuren |
WLAS_CONN |
Automatische connecties tussen UNET en WLAS lijnen |
CULV |
Bestaande culverts of inbuizingen uit de pluviale overstromingskartering, die aan het centerlijnen bestand zijn toegevoegd en waarnaar connecties gelegd worden |
CULV_CONN |
Automatische connecties tussen UNET en CULV |
De benaming ‘UNET’ verwijst naar het neuraal netwerk dat aan de basis lag van de automatische detectie. Deze UNET lijnen omvatten alle afwateringstructuren zoals berekend op basis van de hoogtegegevens uit het DHMVII.
Bijgevolg vallen een groot deel van de UNET lijnen samen met de WLAS lijnen. Of anders gezegd, een deel van de UNET lijnen zijn reeds opgenomen in de VHA en al dan niet geklasseerd. En een deel van de UNET lijnen zijn bijgevolg ook reeds opgenomen in de Digitale Atlas.
De benaming ‘UNET-WTZ’ verwijst naar lijnen uit de automatische detectie die ergens geconnecteerd zijn met een watergang uit het GRB (GRB-WTZ). GRB-WTZ watergangen zijn soms ook reeds opgenomen in de VHA. Anderen nog niet. Hetzelfde geldt voor de UNET lijnen die geheel of gedeeltelijk gelijk lopen met een baangracht uit het GRB (GRB-WGR). Deze krijgen dan ook de benaming ‘UNET-WGR’.
OPMERKING: centerlijnen zijn vectorlijnen die opgedeeld zijn in lijnstukken of segmenten. Daarom wordt er verder in de GA en deze handleiding over ‘segmenten’ gesproken. Alle editeer operaties gebeuren immers per segment van een lijn.
In de GA wordt standaard als achtergrondlaag de orthofotomozaïek (meest recent) van Digitaal Vlaanderen getoond (Standaard view). Dit maakt het mogelijk zich snel te oriënteren op het terrein alsook een beeld te kunnen vormen van de actuele toestand van dat terrein. Echter deze achtergrondlaag is niet geschikt om het reliëf op het terrein weer te geven en dus niet geschikt om te gebruiken om op te valideren. De validatie dient te gebeuren op basis van eigen terreinkennis, aangevuld met informatie over het terreinreliëf. De DHMVII hoogte lagen (DTM 1m, Hillshade 25cm en eventueel FlowAcc 1m) zijn daarom beter geschikt om een kwalitatieve validatie te ondersteunen (Gepersonaliseerde view).
Binnen de GA beschikt de gebruiker over verschillende voorgrondlagen en achtergrondlagen.
Bij opstart geeft de GA de Standaard view weer. Met als achtergrond de orthofoto mozaïek van de meest recente winterbeelden “Ortho recent 25cm“ en als voorgrond de gerangschikte onbevaarbare waterlopen en publieke grachten zoals in de Digitale Atlas, met daaronder de VHA waterlopen laag en daaronder de VMM Centerline laag. De VMM_centerline laag is de voorgrondlaag die de automatisch gedetecteerde afwateringsstructuren weergeeft. Dit is de enige laag die editeerbaar is en waarop gewerkt wordt tijdens de validatie. De andere lagen met voorvoegsel ‘GRB’ zijn additionele lagen die de actuele toestand van de terreinelementen weergeven, zoals opgenomen in het Grootschalig Referentie Bestand van Digitaal Vlaanderen.
Alle voorgrondlagen kunnen aan of afgezet worden ter ondersteuning van de validatie.
De laag Digitale Atlas bevat alle geklasseerde onbevaarbare waterlopen uit de Vlaamse Hydrografische Atlas alsook de publieke grachten. Deze laag ligt bovenaan als zwarte lijnen. De VHA waterlopen laag is de actuele toestand van de Vlaamse Hydrografische Atlas, waarin de bevaarbare waterlopen, reeds geklasseerde onbevaarbare waterlopen en niet geklasseerde waterlopen zitten. Deze laag wordt weergegeven als blauwe lijnen. De VMM_centerlines die onder de zwarte lijnen uit de Digitale atlas liggen dienen dus niet gewijzigd te worden.
De digitale atlas werd na een openbaar onderzoek goedgekeurd door de minister bevoegd voor omgeving. Mocht een wijziging aan een waterloop uit de Digitale Atlas gewenst zijn, dan is dat wel mogelijk door de voorgrondlaag met de zwarte lijnen af te zetten. Wijzigingen aan deze laag zijn enkel mogelijk conform de procedures van de digitale atlas. Het is bijgevolg belangrijk om hiervoor duidelijke verantwoording te geven en contact te nemen met de mensen van het GA team (via de knop “Hulp nodig ?”).
Als gebruiker kan je alle voorgrondlagen af of aan vinken, alsook de achtergrondlaag veranderen. Bovendien is het mogelijk een eigen vectorlaag (bvb. digitaal grachtenbestand van de gemeente) over uw gebied op te laden.
De applicatie ondersteunt de meest gangbare spatiale formaten voor vectorlagen (.geojson, .shp of .gpkg). Wanneer u een formaat kiest dat niet voldoet zal de applicatie u daarop wijzen.
Zoals eerder al aangehaald is het belangrijk om als ondersteuning bij een kwalitatieve evaluatie het DTM 1m als achtergrond te kiezen en via de hoogteschaal de minimum en maximum hoogte in te stellen voor het venster waarin gewerkt wordt. De knop “hoogtefilter” rechts onder in de applicatie laat toe een aangepaste hoogtefilter in te stellen. Zo wordt de hoogte geschaald over de effectieve hoogteschakeringen in het ingezoomde gebied.
De GA geeft een overzicht van alle door GA-gebruikers aangepaste centerlijnen in de centerlijnsegmentlijsten. Deze lijsten zijn te vinden in het rechterpaneel van de GA (uitklappaneel).
Elk centerlijnsegment in zo’n segmentlijst heeft minimum 1 aanpassing (edit) ondergaan. Aangezien de GA een historiek van de gemaakte edits moet bewaren, worden alle edits aan de centerlijnsegmenten opgeslagen in de databank. Een centerlijnsegment kan bijvoorbeeld verlengd worden, geknipt worden, een deel kan verwijderd worden, een attribuut kan gewijzigd worden, … Al deze opeenvolgende edits worden bijgehouden in de ‘editlijst’ die hoort bij dat centerlijnsegment.
De verschillende segmentlijsten opgesomd voor de administrator/supervisor:
Segmenten in gebied: toont een lijst van alle reeds aangepaste centerlijnsegmenten die gelegen zijn binnen het ruimtelijk gebied dat hoort bij uw organisatie (vb: Polder Zwarte Sluis). Deze centerlijnsegmenten kunnen aangepast zijn door GA-gebruikers uit uw organisatie of uit een organisatie die een overlappend ruimtelijk gebied heeft (vb: Provincie Oost-Vlaanderen) |
|
Huidige wijzigingen: toont een lijst van alle centerlijnsegmenten waarop u momenteel al wijzigingen hebt uitgevoerd, maar u nog niet hebt ingediend |
|
Mijn wijzigingen: toont een lijst van alle centerlijnsegmenten waarop u reeds wijzigingen heeft uitgevoerd, die u ook indiende |
|
Organisaties: toont een lijst van organisaties die reeds wijzigingen uitvoerden aan de centerlijnsegmenten in het ruimtelijk gebied dat hoort bij uw organisatie. Doorklikken op een organisatie, Organisatie xxx: toont een lijst van gebruikers binnen die organisatie. Doorklikken op een naam, Gebruiker xxx: toont een lijst van alle centerlijnsegmenten waarop deze gebruiker al wijzigingen uitvoerde |
De verschillende segmentlijsten opgesomd voor de validator:
Segmenten in gebied: toont een lijst van alle reeds aangepaste centerlijnsegmenten die gelegen zijn binnen het ruimtelijk gebied dat hoort bij uw organisatie (vb: Polder Zwarte Sluis). Deze centerlijnsegmenten kunnen aangepast zijn door GA-gebruikers uit uw organisatie of uit een organisatie die een overlappend ruimtelijk gebied heeft (vb: Provincie Oost-Vlaanderen) |
|
Huidige wijzigingen: toont een lijst van alle centerlijnsegmenten waarop u momenteel al wijzigingen hebt uitgevoerd, maar u nog niet hebt ingediend |
|
Mijn wijzigingen: toont een lijst van alle centerlijnsegmenten waarop u reeds wijzigingen heeft uitgevoerd, die u ook indiende |
|
|
De verschillende segmentlijsten opgesomd voor de raadpleger:
Organisaties: toont een lijst van organisaties die reeds wijzigingen uitvoerden aan de centerlijnsegmenten in het ruimtelijk gebied dat hoort bij uw organisatie. Doorklikken op een organisatie, Organisatie xxx: toont een lijst van geanonimiseerde gebruikers binnen die organisatie. Doorklikken op een gebruiker ID, Gebruiker ID xxx: toont een lijst van alle centerlijnsegmenten waarop deze gebruiker al wijzigingen uitvoerde |
|
|
|
|
|
|
De opeenvolgende aanpassingen die uitgevoerd zijn aan centerlijnsegmenten zijn terug te vinden in de editlijst voor een specifiek segment. Deze editlijst kan geraadpleegd worden via de historiek knop bij een centerlijnsegment. De ‘Bekijken’ knop (het oogje) naast elke aanpassing toont welke verandering er uitgevoerd werd. De laatste verandering staat steeds bovenaan in de lijst.
Zoals aangegeven in het beginscherm van de applicatie is het belangrijk voor deze validatie oefening dat er in de eerste plaats gecontroleerd wordt op de actualiteit en juistheid van de UNET centerlijnen die niet samenvallen met een reeds gekarteerde waterloop. Dat houdt in dat de gebruiker zich in eerste instantie focust op de lijnen van het type UNET die niet reeds in de Digitale Atlas zijn opgenomen. Vervolgens op de UNET-WTZ en UNET-WGR die niet reeds in de Digitale atlas zijn opgenomen.
Speciale focus wordt gevraagd voor alle lijnen van het type CONNECTIE. Omdat deze connectie stukken gecreëerd werden door de gevonden lijnen ‘geforceerd’ te verbinden en daar bijgevolg de meeste fouten te verwachten zijn. De verwachting is dat de lokale experten extra kennis kunnen inbrengen met betrekking tot de actuele toestand van mogelijke inbuizingen of doorsteken op die plaatsen.
Om de centerlijn segmenten te bewerken bevat de applicatie verschillende eenvoudige tools (de actie knoppen). Deze tools maken het mogelijk om segmenten te selecteren, aan te passen, te verwijderen, te splitsen, te tekenen en om te snappen aan punten van een bestaande centerlijn. Er is ook een knop om de bestaande stroomrichting van een segment om te keren. Bij het zelf tekenen van een nieuwe lijn neemt de applicatie aan dat de stroomrichting voor het nieuwe stuk loopt van het eerste punt naar het laatste punt van dat lijnstuk. Dus als u de stroomrichting kent is het belangrijk hoe het lijnstuk begonnen wordt. De applicatie zal u hierop attent maken tijdens het tekenen.
Actieknop |
Actie |
Gebruik |
Selecteer één of meerdere segmenten (hier wordt de knop weergegeven als geactiveerd - blauw) |
Deze knop staat default geactiveerd om via de cursor of de toetsencombinaties één of meerdere centerlijnen te selecteren (geel highlight). |
|
Pas een centerlijn aan (hier wordt de knop weergegeven als niet geactiveerd – wit) |
Activeer deze knop om een centerlijn langer te maken, in te korten, te verslepen, een node bij te maken of weg te halen. Bij activatie zal de select knop afspringen. |
|
Combinatie: pas enkel een geselecteerde lijn aan |
Activeer beide knoppen als u in een knooppunt waar meerdere lijnen samenkomen, enkel het einde van een van de lijnen wenst te verplaatsen. De select knop laat dan de selectie van de gewenste lijn toe, terwijl de edit knop de eind node van de lijn zal verplaatsen. |
|
Maak een nieuwe centerlijn (hier wordt de knop weergegeven als niet geactiveerd – wit) |
Activeer deze knop wanneer u een nieuwe centerlijn wil bijtekenen in de map. Bij activatie zal de select knop afspringen. |
|
Maak 2 centerlijnen aan elkaar vast (Snapping) |
Deze knop staat default geactiveerd. Zodat centerlijnen aan een begin/eind of tussen node van een ander lijnstuk kunnen vastgemaakt worden. |
|
Knip of splits centerlijnen (hier wordt de knop weergegeven als niet geactiveerd – wit) |
Activeer deze knop als u een centerlijn wil opdelen in 2 of meer aparte segmenten. |
|
Delete de geselecteerde centerlijn(en) |
Geselecteerde segmenten kunnen met deze knop verwijderd worden |
|
Stroomrichting omkeren |
Elke centerlijn heeft een stroomrichting meegekregen. Gebruik deze knop om de richting waarin het water stroomt om te keren. |
|
Ongedaan maken |
Tijdens een edit sessie (vooraleer de aanpassingen zijn ingediend), kan een gebruiker zijn gemaakte aanpassingen ongedaan maken (undo) |
|
Opnieuw doen |
Tijdens een edit sessie (vooraleer de aanpassingen zijn ingediend), kan een gebruiker zijn gemaakte aanpassingen na deze ongedaan te hebben gemaakt toch opnieuw doen (redo) |
|
Selectie herstellen (administrators/supervisors) |
Selectie herstellen voegt een aanpassing toe aan een verwijderd segment. De nieuwe aanpassing zorgt ervoor dat het verwijderde segment niet meer verwijderd is (undelete) |
Toetsen combinaties |
Actie |
Gebruik |
CTRL +Z/CTRL+Y |
Undo/Redo |
Ongedaan maken van de laatste edit operatie/herdoen van de laatste edit operatie |
CTRL + drag bbox (Windows OS) COMMAND + drag bbox (MacOS) |
ZOOM in |
Steeds zelfde gebruik |
SHIFT + drag bbox |
Select per BBOX |
Actieknop ‘segment selectie’ staat aan en de map is ingezoomd tot het schaalniveau 100 meter (het niveau waarop de Centerline laag wordt opgehaald) |
SHIFT + click op centerlijn |
add to selection |
Actieknop ‘segment selectie’ staat aan en de map is ingezoomd tot het schaalniveau 100 meter (het niveau waarop de Centerline laag wordt opgehaald) |
ALT + click op centerlijn |
Verwijder een node |
Actieknop ‘segment aanpassing’ staat aan en de map is ingezoomd tot het schaalniveau 100 meter (het niveau waarop de Centerline laag wordt opgehaald). Vb. het verwijderen van een hoek die een lijn maakt. |
Het selecteren van centerlijnsegmenten kan op verschillende manieren:
- Via de kaart
Individuele selectie: door met de muis te klikken op een segment, terwijl de ‘Segment selectie’ knop geactiveerd is
Bulk selectie: door combinatie van de SHIFT toets en het tekenen van een bounding box met de cursor, waardoor alle segmenten die binnen de BBOX vallen geselecteerd worden
- Via de segment lijsten
Individuele selectie: door in een gekozen segmentenlijst en voor een specifiek segment van die lijst te klikken op de knop “Bekijken” (het oogje)
Bulk selectie: door in een gekozen segmentenlijst (al dan niet gefilterd) op de knop “Bekijken” bovenaan van de lijst te klikken. Dit resulteert in een selectie van alle segmenten op die pagina van de lijst. Deze selectie wordt zoals steeds zichtbaar via de gele highlight kleur op de kaart en in een lijst in het linker paneel. Via de knop ‘bekijken’ naast elk segment kan je individueel inzoomen. Via de terugkeer pijl in het linker paneel kan je terug naar je selectielijst gaan.
De stroomrichting wordt automatisch berekend op basis van de terreinhoogte en het haarvaten netwerk zoals weergegeven in het Grachtenbestand0.1. Binnen dit netwerk zijn daar waar geen connecties door het model konden waargenomen worden (vb. ondergrondse), op automatische wijze de meest logische verbindingen gemaakt. Deze connectiestukken zijn bijgevolg niet vrij van fouten. Het is dus mogelijk dat daar waar een connectie niet juist is, het netwerk in de werkelijkheid op die plaats anders zal afstromen dan momenteel berekend.
In zo’n geval, kan de waterbeheerder kennis meegenomen worden door de stroomrichting voor dat segment om te keren.
De actieknop ‘Segment aanpassing’ laat toe bijkomende knooppunten te maken (nodes) op een lijnstuk. Elke node is een potentieel knooppunt in een netwerk. Omdat op die plaats andere lijnstukken kunnen vastgehangen worden. Elke node (met de daaraan vasthangende lijnstukken) kan versleept worden en zorgt er zo voor dat op die plaats een kromming kan gecreëerd worden in het lijnstuk. De begin en eindknoop van een lijnstuk laten toe dat stuk lijn in zijn geheel te verleggen.
Om 2 lijnstukken aan elkaar te verbinden (T-verbinding) dient er eerst node bijgemaakt te worden, waaraan vervolgens de eindknoop van het andere lijnstuk kan gesnapt worden.
Stappen om een node toe te voegen/te verwijderen, het lijnstuk te veranderen en te verbinden met een ander lijnstuk:
- klik op ‘segment aanpassen’
- klik op het te wijzigen lijnsegment op de plaats waar je een extra knoop wil toevoegen (een node wordt onmiddellijk toegevoegd)
- neem de knoop vast en verschuif de knoop naar de juiste positie, herhaal voor andere knopen
- teken een nieuwe lijn tussen 2 knopen van verschillende lijnstukken, of versleep een eindknoop naar de gewenste knoop om 2 lijnen te verbinden
- klik vervolgens op de connectieknoop, als de lijnen goed aan elkaar gesnapt zijn kan je door de knoop te verslepen alle daarmee verbonden lijnstukken mee verslepen. Dit resulteert in evenveel aanpassingen als dat er lijnen aan dat knooppunt hangen. Voor elke lijn die verlegd wordt, komt er een segment bij in je segment lijst.
TIP: om in een connectieknoop toch enkel 1 van de eindpunten te verslepen (en niet alle daarmee verbonden lijnstukken),
§ zet je de ‘Segment selectie’ knop aan samen met de knop ‘Segment aanpassing’
§ selecteer je eerst de betreffende lijn en versleep je vervolgens enkel het eindpunt van die lijn
- om te verwijderen: druk ALT + klik op een node, daarmee wordt op die plaats de knoop verwijderd
Wanneer delen van een lijnsegment foutief zijn, kan via de actieknop ‘Splitsen’ het foutieve deel losgekoppeld worden van de rest van het lijnstuk. Om vervolgens met de actieknop ‘Selectie verwijderen’ het foutieve stuk ertussenuit te halen. Op die plaats kan vervolgens al dan niet een nieuw ander stuk getekend worden. Het splitsen van een centerlijnsegment resulteert in 2 segmenten: het oude segment (met behoud van het segment ID) en een nieuw segment (met een nieuw segment ID).
Stappen om een deel van een lijn te verwijderen:
- gebruik de actieknop ‘splitsen’
- klik op de betreffende lijn op de plaats waar je het lijnsegment wil doorknippen
§ dit resulteert in 1 centerlijnsegment dat de ID van het oude segment draagt
§ de split actie is een aanpassing in de lijst van het oude segment
§ en 1 centerlijnsegment dat een nieuwe ID krijgt
§ de verwijder actie is een aanpassing in de lijst van het nieuwe segment deel
- zet de ‘splitsen’ knop uit en selecteer het deel van de centerlijn dat moet verwijderd worden
- klik vervolgens op ‘Selectie verwijderen’ om het foutief deel van het centerlijnsegment te verwijderen
Op dezelfde manier kan er ook een volledige lijn verwijderd worden. Bij een verwijdering is steeds een motivatie vereist. Immers de centerlijnen vertegenwoordigen het effectieve reliëf op het terrein op het moment van opname. Omwille van de jaren tussen de opname van de hoogtedata voor Vlaanderen (DHMVII 2013-2015) en vandaag, is het uiteraard mogelijk dat een centerlijn niet meer actueel is. Deze centerlijnen dienen verwijderd te worden. De verantwoording kan dan bijvoorbeeld bestaan uit de tekst “ niet meer actueel” met als bijlage eventueel een recente foto genomen ter plaatse.
Een andere reden waarom centerlijnen uit het bestand verwijderd zouden kunnen worden is bijvoorbeeld omdat het gevonden reliëf wel volledig lijkt op een afwateringstructuur maar in werkelijkheid geen watervoerende functie heeft. Een langgerekte wadi bijvoorbeeld, of een diep ingesneden voet van een helling die in de realiteit geen verbinding maakt boven of ondergronds met de rest van het centerlijnennetwerk. De detectie workflow houdt zoveel als mogelijk al rekening met de vorm van een reliëfstructuur. En checkt voor elke lijn op verschillende plaatsen of deze wel een V-vorm heeft. Ook voor deze gevallen is een toevoeging van een verantwoording vereist en is een recente foto genomen op het terrein aan te bevelen als een meerwaarde bij de validatie.
Stappen om een centerlijn te verwijderen:
- neem als achtergrond het reliëf van het terrein zoals aanbevolen in de handleiding (DTM1m)
- gebruik de hoogtefilter om de hoogtewaarden aan het ingezoomde venster aan te passen, zodat het terrein reliëf optimaal gevisualiseerd wordt
- controleer grondig of de centerlijn wel degelijk dient verwijderd te worden
- controleer of de Segment selectie knop aanstaat en selecteer het centerlijnsegment
- klik op Selectie verwijderen
§ vul de reden voor verwijdering in (dit is een verplicht veld)
§ staaf de reden tot verwijdering met bewijsstukken van op het terrein, door vb. een recente foto als bestand op te laden (ondersteunde file formaten zijn .pdf, .png, .jpg)
§ geef een verduidelijking via de omschrijving
- klik op Segmenten verwijderen om effectief te verwijderen/klik op annuleren als u afziet van de verwijdering
De resulterende lijnen in het Grachtenbestand0.1 zijn een automatische selectie van deze afwateringstructuren die de grootste probabiliteit hebben om effectief een onderdeel van het reële grachtennetwerk te zijn. Dat betekent dat het ook mogelijk is dat bepaalde delen van het afwateringsnetwerk niet weerhouden werden, maar op terrein op dit moment bekend zijn als toch belangrijk.
De actieknop “Segment creatie” laat toe nieuwe lijnsegmenten te tekenen. Deze krijgen als attribuut GR_TYPE steeds ‘TOEGEVOEGD’. Het is zoals voor alle centerlijnen mogelijk de breedte en diepte van het nieuwe lijnsegment mee te geven als attribuut ‘MAN_WIDTH’ en ‘MAN_DEPTH’ (zie ook: Attributen van centerlijnen aanpassen).
Bovendien is het ook mogelijk om aan te geven of een getekend segment ‘bovengronds’ dan wel ‘ondergronds’ ligt. Dit is belangrijk om ondergrondse verbindingsstukken te kunnen aangeven. Tijdens het intekenen maakt de applicatie er u attent op dat het belangrijk is waar u het begin en einde van het lijnsegment legt. De zin waarin u tekent, bepaalt de stroomrichting van het nieuwe segment.
Stappen om een nieuw centerlijnsegment in te tekenen:
- zoom in tot op het schaal niveau 50m of dieper
- klik op de knop ‘Segment creatie’
§ de applicatie geeft de mogelijkheid om te kiezen voor een bovengrondse dan wel ondergrondse intekening
§ de applicatie geeft een pop up die meegeeft dat het intekenen dient te gebeuren in de richting van de stroming
- kies bijvoorbeeld ondergronds door op het pijltje naast de Segment creatie knop te klikken
- start met het tekenen van de nieuwe lijn (snap deze aan een bestaande lijn indien nodig)
- selecteer de nieuwe lijn door met de Select pijl aan te klikken op de lijn, deze licht geel op en het linker paneel wordt geopend
- de attribuut ‘Ondergronds/bovengronds is reeds ingevuld, vul bijkomende attributen in indien nodig
Alle segmenten die standaard in de map zitten hebben automatisch hun attributen ingevuld. Deze kan je raadplegen door het segment te selecteren en in het linker uitklapscherm op het segment te klikken. De attributen zijn onlosmakelijk met het segment verbonden en daardoor niet aanpasbaar. Het is wel mogelijk 2 extra attributen toe te voegen vanuit de expert kennis:
· MAN_WIDTH: actuele breedte van het segment op het terrein volgens expert kennis [m]
· MAN_DEPTH: actuele diepte van het segment op het terrein volgens expert kennis [m]
Voor een segment dat je zelf intekent, wordt het GR_TYPE standaard op “TOEGEVOEGD” gezet en kan je eveneens volgende attributen invullen:
· MAN_WIDTH: actuele breedte van het segment op het terrein volgens expert kennis [m]
· MAN _HEIGHT: actuele diepte van het segment op het terrein volgens expert kennis [m]
· GR_LOC: locatie van het getekende segment [bovengronds of ondergronds]
Stappen om attributen in te vullen:
- Zet Segment selectie aan en klik op het segment waar je attributen wilt aan geven,
- Het linker paneel opent en toont de lijst van geselecteerde segmenten,
- Klik op het segment om de attributen lijst open te klappen.
Zie het animated voorbeeld hierboven
Het is belangrijk dat u de door u gemaakte aanpassingen tijdens een editeersessie regelmatig indient via de “wijzigingen indienen” knop (groene save symbool rechts bovenaan). Op die manier worden uw aanpassingen periodiek opgeslagen in de databank en stelt u de aanpassingen veilig.
De Grachten Applicatie is immers een ‘browser applicatie’. Dat betekent dat de applicatie lokaal op je PC draait in de internet browser. Een browser applicatie werkt enkel zolang er internet connectie is. Bij gebrekkige internetconnectie zullen er ‘time out’ fouten gegenereerd worden en/of zal uw authenticatie sessie en dus ook je werksessie verbroken worden. Om geen dataverlies te lijden is het aanbevolen om niet teveel aanpassingen tegelijk te maken zonder deze door te geven aan de achterliggende databank. Maar je werk bijvoorbeeld om de 10 aangepaste lijnen te bewaren door de wijzigingen in te dienen.
Een overzicht van alle aanpassingen die u al maakte in uw huidige editeersessie en die dus nog niet zijn ingediend, is terug te vinden via de segmentenlijst “Huidige wijzigingen”.
Een overzicht van alle wijzigingen die u als gebruiker al uitgevoerd hebt op de GA en dus wel al in de databank werden bewaard is terug te vinden via de segmentenlijst “Mijn wijzigingen”.
De te volgen stappen zijn:
1. U maakt aanpassingen
2. U volgt in de lijst ‘Huidige wijzigingen’ hoeveel aanpassingen u reeds uitvoerde
3. Na 10 segmenten te hebben bewerkt of getekend, drukt u op de save knop (wijzigingen indienen)
4. In het linker paneel dat opent kan u een voor een de aanpassingen nog eens doorlopen en aanvaarden (groen) of toch niet meenemen (rood)
5. U accepteert alle wijzigingen die u wil meenemen via de knop ‘Alle wijzigingen accepteren’
TIP: als u slechts 1 wijziging wil afkeuren, accepteer dan eerst alles en ga vervolgens naar het specifieke segment om het daar alsnog af te keuren.
6. Vervolgens klikt u op ‘Wijzigingen indienen’ onderaan het paneel.
Wanneer u als validator in een gebied werkt met meerdere gebruikers en per toeval gelijktijdig wijzigingen uitvoert aan exact dezelfde centerline, zullen uw wijzigingen enkel bewaard worden als u als eerste uw wijzigingen heeft ingediend. Op dat moment worden uw wijzigingen in de databank opgeslagen onder uw gebruikersprofiel. Is de andere gebruiker eerst, zullen de wijzigingen van de andere gebruiker bewaard worden in de databank onder dat gebruikersprofiel. U krijgt dan een melding dat minimum een van uw wijzigingen niet kon ingediend worden, omdat er al een andere gebruiker op gewerkt heeft.
TIP: Het is belangrijk dat u op heel regelmatige tijdstippen (bijvoorbeeld om de 10 aanpassingen) uw wijzigingen indient. Op die manier beperkt u het risico op extra werk en/of verlies van wijzigingen maximaal.
Wijzigingen die nog niet zijn ingediend op het moment dat u afmeldt of de browser afsluit (of na netwerk problemen), zijn nog niet in de databank opgeslagen en dus niet bewaard !
Wanneer in een organisatie nog geen enkele centerlijn werd aangepast, zullen alle segmentlijsten voor die organisatie leeg zijn. Van zodra een aanpassing wordt uitgevoerd aan een centerlijn die binnen het grondgebied van de organisatie valt, zal die centerlijn en aanpassing zichtbaar worden in de segmentlijsten. Aangezien deze lijsten potentieel veel segmenten kunnen bevatten, voorziet de GA in een aantal filters die individueel of in combinatie met elkaar kunnen gebruikt worden om de lijsten te beperken tot specifieke segmenten.
Filteren van lijsten kan in elke lijst behalve in de lijst “Huidige wijzigingen”, waar hier geen noodzaak aan is.
De gebruiker kan in het drop down filter veld een van volgende filters kiezen: [segment status, edit status, verwijderd, geselecteerd]. Alsook een combinatie van deze filters.
Alle segmenten binnen de GA hebben een OPEN status bij aanvang van de validatie oefening. Dat betekent dat de segmenten open staan voor aanpassingen. Deze status kan door de administrator gewijzigd worden naar GESLOTEN (dicht). Waarmee de administrator aangeeft dat voor dat segment de evaluatie afgerond is en dat segment in die al dan niet aangepaste toestand dient behouden te blijven. Op die manier is het voor alle gebruikers duidelijk dat er reeds een beoordeling op dat segment gebeurd is. De validators hoeven dat segment niet meer te behandelen.
Dit beëindigen van de beoordeling voor segmenten kan zowel op centerlijnsegmenten die een of meerdere aanpassingen hebben als voor centerlijnsegmenten zonder aanpassingen. Bij het sluiten van niet geëditeerde segmenten wordt er default als beoordeling “aanvaard” meegegeven. Zie verder centerlijnsegmenten sluiten.
Bijgevolg zullen aangepaste segmenten die nog geen evaluatie gekregen hebben van een administrator steeds de status = OPEN hebben. Door te filteren op status = OPEN kan de administrator efficiënt zoeken naar de segmenten die aandacht vergen.
Stappen om te filteren in de segment lijsten:
- Kies de gepaste segment lijst
- Klik op ‘filter’
- Kies in de drop down het soort filter dat u wil gebruiken [segment status]
- Kies onder segment status [OPEN]
- Loop door de gefilterde segmenten door op het oogje naast elk segment te klikken
§ De map zoomt in naar dat specifieke segment
§ Open segmenten lichten geel op/gesloten segmenten lichten rood op en zijn in de lijst uitgegrijsd
- Verwissel van segment status in de filter door opnieuw naar filter te gaan en onder segment status [DICHT] te selecteren
- Verwijder de filter door in de filter onder segment status opnieuw op [OPEN, DICHT] te klikken
Het resultaat van de filtering is een lijst aan segmenten, opgedeeld in pagina’s met 10 segmenten per pagina.
Het is daarentegen ook best mogelijk dat segmenten wel al een evaluatie kregen maar nog niet gesloten werden. Zij behouden de status open als segment, maar hebben mogelijk wel al een beoordeling ontvangen op de aanpassingen die aan het segment werden uitgevoerd. Of de laatste aanpassing op een segment reeds een beoordeling gehad heeft van een administrator of niet wordt aangegeven door de “EDIT STATUS”.
Een gesloten segment zal een edit status = [aanvaard, overwogen, afgewezen] hebben.
Een open segment kan een edit status = [ingediend, aanvaard, overwogen, afgewezen] hebben.
Enkel de segmenten met EDIT STATUS = ‘ingediend’ moeten nog een eerste beoordeling krijgen. Om gericht te zoeken naar die segmenten filtert de administrator op EDIT STATUS = ‘ingediend’.
Segmenten met EDIT STATUS = ‘overwogen’ moeten mogelijk ook een verdere beoordeling krijgen alvorens te kunnen sluiten.
En het is ook mogelijk dat een administrator een reeds beoordeeld segment wil wijzigingen van edit status en dit een nieuwe beoordeling wil geven (zie verder bij Wijzigingen aanvaarden/afwijzen/overwegen).
Stappen om een lijst te filteren op edit status:
- Kies de gepaste segment lijst
- Klik op ‘filter’
- Kies in de drop down het soort filter dat u wil gebruiken [edit status]
- Kies onder edit status [ingediend, overwogen, aanvaard, afgewezen] al naargelang het doel
- Loop door de gefilterde segmenten door op het oogje naast elk segment te klikken
§ De map zoomt in naar dat specifieke segment
- Klik op de GESCHIEDENIS knop om de verschillende aanpassingen die gedaan zijn aan dat segment te visualiseren
§ Een lijst van edits aan dat segment verschijnt met de laatste edit bovenaan
· Ingediende edits zijn niet ingekleurd
· Overwogen edits zijn oranje ingekleurd
· Aanvaarde edits zijn groen ingekleurd
· Afgewezen edits zijn rood ingekleurd
§ Visualiseer de individuele edits door op het oogje naast de edit te klikken
· De map zoomt naar het segment en toont de aanpassing
- Verwissel van edit status in de filter door op het kruisje naast de edit status te klikken en een andere aan te klikken
- Voeg een edit status toe door twee of meerdere mogelijkheden te kiezen vb. [aanvaard, considered]
- Verwijder de filter door het kruisje naast elke edit status in het keuzeveld aan te klikken
Het resultaat is een lijst aan segmenten, opgedeeld in pagina’s met 10 segmenten per pagina.
Er kan ook een combinatie van filters [segment status en edit status] gebruikt worden om de lijsten in te korten. Bijvoorbeeld: alle segmenten die ‘open’ zijn en de edit status ‘aanvaard’ hebben. Deze segmenten komen veelal in aanmerking om in bulk afgesloten te worden.
In sommige gebieden, bijvoorbeeld een gebied dat sinds DHMVII bebouwd werd of een bos dat gekapt werd, kan het mogelijk voorkomen dat er een deel van de ingetekende centerlijnen moet verwijderd worden. De administrator van de organisatie kan snel bekijken welke centerlijnen verwijderd moesten worden in zijn gebied door te filteren op “verwijderd”.
Stappen om een segmentlijst te filteren op ‘verwijderd’:
- Kies de gepaste segmenten lijst
- Klik op ‘filter’
- Kies in de drop down het soort filter dat u wil gebruiken
- Klik het vakje aan naast “verwijderd”
- Loop door de gefilterde segmenten door op het oogje naast elk segment te klikken
§ De map zoomt in naar dat specifieke segment
- Klik op de GESCHIEDENIS knop om de verschillende aanpassingen die gedaan zijn aan dat segment te visualiseren
§ In de edit historiek van een verwijderd segment is informatie te vinden over waarom die centerlijn verwijderd werd
· De reden
· Een eventuele bijlage
· Omschrijving van de verwijdering
· Bij een door de administrator afgewezen verwijdering, zal er ook een omschrijving van de evaluatie terug te vinden zijn
§ Visualiseer de edit door op het oogje naast de edit te klikken
- Verwijder de filter door het vakje naast “verwijderd” uit te vinken
Het resultaat is een lijst aan segmenten, opgedeeld in pagina’s met 10 segmenten per pagina.
Er kan ook een combinatie van filters [segment status, edit status en verwijderd] gebruikt worden om de lijsten in te korten. Bijvoorbeeld: alle segmenten die ‘open’ zijn, de edit status ‘aanvaard’ hebben en verwijderd werden.
Een laatste filter mogelijkheid is het filteren op geselecteerde segmenten. Hier worden segmenten op de kaart als geselecteerd aangeduid via selectie van centerlijnen en vervolgens in de lijst gebracht door de filter “geselecteerd” te kiezen.
Stappen om een segmentlijst te filteren op ‘geselecteerd’:
- Kies de gepaste segmenten lijst
- Selecteer op de kaart de centerlijnen die je in je selectie wil
- Het linker paneel opent met daarin een lijst van alle geselecteerde segmenten (zowel reeds aangepaste als niet aangepaste)
- Klik op ‘filter’
- Kies in de drop down het soort filter dat u wil gebruiken
- Klik het vakje aan naast “geselecteerd”
- Het rechterpaneel toont een lijst van die geselecteerde segmenten waar reeds aanpassingen aan gedaan werden, opgedeeld in pagina’s met 10 segmenten per pagina
- Kies eventueel een bijkomende filter [edit status, segment status, verwijderd] om de lijst in te korten
- Loop door de gefilterde segmenten in het rechter paneel door op het oogje naast elk segment te klikken
§ De map zoomt in naar dat specifieke segment
§ ! LET OP: om terug te keren naar de volledige lijst aan geselecteerde segmenten, klikt u in het LINKER PANEEL op de ‘terug’ pijl naast “Attribuut informatie”
- Klik op de GESCHIEDENIS knop om de verschillende aanpassingen die gedaan zijn aan dat segment te visualiseren
§ Een lijst van edits aan dat segment verschijnt met de laatste edit bovenaan
§ Visualiseer de edit door op het oogje naast de edit te klikken
§ Keer terug naar de geselecteerde lijst door op het terug pijltje in het RECHTER paneel te klikken
- Verwijder de filter door het vakje naast “geselecteerd” uit te vinken
Het resultaat is een lijst aan segmenten, opgedeeld in pagina’s met 10 segmenten per pagina.
Wanneer gefilterd wordt op geselecteerde segmenten in de map, wordt de knop ‘bekijken’ bovenaan de pagina automatisch uitgeschakeld. Immers deze knop ageert zelf als een ‘select’ knop. Als die gebruikt wordt terwijl er reeds een selectie is gebeurd in de map, zal de knop ‘bekijken’ je selectie in de map overschrijven met de 10 segmenten van de actieve pagina in het rechter paneel. Dat is niet gewenst.
Alle filters kunnen worden verwijderd door deze binnen de segmentlijst af te zetten (zoals hierboven beschreven, of door van segmentlijst te wisselen. Het herladen van de applicatie leidt ook tot het verwijderen van de filters.
Alle door een GA-validator gemaakte aanpassingen aan de centerlijnsegementen krijgen een evaluatie door de GA-administrator (het is uiteraard ook mogelijk dat de GA-administrator zelf zowel de aanpassingen doet als de evaluatie van zijn aanpassingen). De GA-administrator kan aangepaste of nieuwe lijnsegmenten goed- of afkeuren of in beraad houden en kan lijnsegmenten ‘sluiten’. Gesloten lijnsegmenten behoeven geen aanpassingen of hebben goedgekeurde aanpassingen. De GA-validators kunnen gesloten lijnsegmenten niet meer wijzigen. Enkel GA-administrators kunnen gesloten lijnsegmenten heropenen als deze in hun beheergebied liggen. Enkel de GA-supervisor kan steeds een gesloten lijnsegment terug heropenen of definitief sluiten. De GA-administrator kan aanpassingen aan de segmenten toevoegen. Dit kan zijn ter aanvulling van of ter vervanging van de aanpassingen van de validator. De GA-administrator kan verwijderde segmenten herstellen (terugzetten) en kan ook ingrijpen door de laatste wijziging ongedaan te maken indien nodig. Deze laatste handeling moet met de nodige omzichtigheid gebruikt worden en zal veelal enkel van toepassing zijn in heel specifieke situaties waarbij een segment erg veel opeenvolgende aanpassingen van verschillende gebruikers heeft ondergaan.
Na evaluatie (en eventueel aanpassingen) kan de GA-administrator het respectievelijke gebied formeel afsluiten als ‘gevalideerd’, zie verder Formeel afsluiten van een gebied.
De GA-administrator kan via de segmentlijsten een uitspraak doen over alle aanpassingen aan centerlijnsegmenten, voor zover het segment binnen zijn gebied valt. Er kunnen op 1 centerlijnsegment meerdere aanpassingen doorgevoerd zijn. De administrator kan dan voor elke aanpassing beslissen of deze weerhouden dient te worden of niet.
Er zijn 3 mogelijke uitspraken per aanpassing:
· ‘Aanvaarden’ – ‘de GA-administrator is akkoord met de gemaakte aanpassing en wil deze behouden in het resultaat’
· ‘Overwegen’ – ‘de GA-administrator is in twijfel en wil eerst bijkomende informatie van de GA-validator ontvangen’
· ‘Afwijzen’ – ‘de GA-administrator is niet akkoord met de gemaakte aanpassing en wil deze niet weerhouden in het resultaat’
De resultaten van de beoordeling zijn zichtbaar voor de validators en eventueel andere administrators in hetzelfde of een overlappend gebied, alsook voor de supervisor.
De GA-administrator kan steeds (zolang het segment niet door de supervisor gesloten werd) terugkeren naar de segmenten om de beoordeling te herbekijken. Bijvoorbeeld bij ‘Overwegen’.
Van zodra de beoordeling klaar is voor de actuele toestand van een segment, sluit de administrator het segment af. Zie verder Centerlijnsegmenten afsluiten.
De mogelijkheid bestaat om elk lijnsegment individueel te bekijken en te evalueren. Daarbij zal de GA-administrator een specifiek lijnsegment gaan opzoeken op de kaart of een lijnsegment selecteren uit de segmentenlijst die hoort bij een validator in zijn organisatie en dat lijnsegment beoordelen.
Stappen om aanpassingen aan centerlijnen te evalueren (beperkt aantal centerlijnen):
- Selecteer een centerlijn op de kaart of rechtstreeks in de segmentlijst van uw validator
- Klik op de ‘geschiedenis’ knop naast het centerlijn identificatienummer, in het linker of het rechterpaneel
- In het rechterpaneel opent het overzicht van alle aanpassingen (edits) die op deze gekozen centerlijn werden uitgevoerd (eventueel ziet u hier aanpassingen van verschillende gebruikers)
- Druk op het oogje naast elke aanpassing om de ghost view te zien van hoe de lijn veranderd is
- De bovenste aanpassing stelt de huidige toestand voor zoals te zien op de kaart
TIP ! Wanneer veel mensen in uw gebied aan het werken zijn, kan u best een ‘reload’ van de kaart uitvoeren alvorens goed of af te keuren
- Klik op het pijltje naast elke aanpassing/edit, u krijgt de keuze uit ‘Aanvaarden’, ‘Overwegen’ en ‘Afwijzen’
Bij de keuze ‘Afwijzen’, wordt die specifieke aanpassing ongedaan gemaakt. Dat wil zeggen de centerlijn wordt teruggebracht naar de toestand van voor die aanpassing.
De administrator kan hierbij een verduidelijking meegeven waarom de aanpassing niet weerhouden wordt.
Indien de afgewezen centerlijn een nieuw ingetekende centerlijn was, wordt deze nieuwe centerlijn bij afwijzing aangeduid als verwijderde nieuwe centerlijn. Er wordt met andere woorden voor elke centerlijn die bestaat en die nieuw getekend werd een historiek bijgehouden in de GA.
Wanneer de administrator zeer veel aanpassingen moet beoordelen, geeft de GA de mogelijkheid om op verschillende manieren het evaluatieproces te versoepelen:
- Door gebruik te maken van het accrediteren van validators binnen uw organisatie: de aanpassingen van geaccrediteerde gebruikers worden automatisch als goedgekeurd opgeslagen in de databank.
Stappen om gebruikers te accrediteren:
· Selecteer uw organisatie uit de organisatielijst in het rechterpaneel
· Selecteer een gebruiker uit die organisatie lijst (alle gebruikers die minimum 1 aanpassing hebben gedaan worden getoond)
· Klik op de actieknop “Accrediteren” rechts bovenaan
· Vanaf nu zullen alle wijzigingen uitgevoerd door deze gebruiker automatisch op ‘Aanvaard’ staan
Het blijft mogelijk voor de administrator om centerlijnsegmenten die reeds op ‘aanvaard’ gezet zijn, toch nog te herzien mocht dat nodig zijn. Dit komt neer op de evaluatie van individuele segmenten.
- Door gebruik te maken van de filtering binnen de segmentlijsten:
Filteren op de segment status [Open, Dicht] in de segmentlijsten laat toe snel die segmenten op te sporen die wel een aanpassing kregen van een GA-gebruiker maar nog niet door een andere administrator als afgehandeld werden aangeduid. Stappen om alle OPEN aangepaste segmenten op te sporen in de GA:
· Selecteer een van de segmentlijsten [segmenten in beeld, gebruiker binnen een organisatie, mijn wijzigingen]
· Klik op de filter knop
· Filter de segmentlijst op de ‘Segment status = OPEN’
· In de segment lijst worden nu enkel die segmenten teruggegeven die nog open zijn (10 per pagina)
· Filter verder (vb. voeg filter toe: edit status = ‘Ingediend’) of doorloop de selectie
· Indien allen goed : klik de knop ‘Aanvaarden’ bovenaan (de edit status van de 10 segmenten op de huidige pagina wordt naar ‘aanvaard’ gezet)
· Indien allen slecht: klik de knop ‘Afwijzen’ bovenaan (de edit status van de 10 segmenten op de huidige pagina wordt naar ‘afgewezen’ gezet)
· Ga naar de volgende pagina met segmenten en herhaal het aanvaarden/afwijzen of individueel behandelen
TIP ! Wanneer de gebruikte filter “geselecteerd” is (filteren op enkel de in de map geselecteerde segmenten) en het aantal segmenten is groter dan 10, gebruik je best aanvullend ook de filter Edit status = “ingediend”. Op die manier ga je enkel de aanpassingen aan segmenten die nog niet geëvalueerd zijn in je gefilterde lijst hebben. Wanneer je dan per pagina/individueel segmenten aanvaard/afwijst/overweegt behoud je beter het overzicht.
In het geval er veel segmenten in een gebiedje onterecht verwijderd zijn door de validator (vb: afwateringsstructuren in een bosgebied die onterecht ingeschat zijn als niet belangrijk), dan kan de administrator die segmenten op de kaart selecteren en via de knop “Selectie herstellen” de ganse selectie herstellen van ‘verwijderd’ naar ‘niet verwijderd’. Deze actie van de administrator wordt in de databank eveneens als aanpassing in de historiek van de segmenten bijgehouden.
Stappen om een selectie te herstellen:
· Selecteer op de kaart of via filtering in de segmentlijst alle onterecht verwijderde segmenten
· Klik op de knop “Selectie herstellen” (bovenaan rechts naast de verwijderen knop)
· Dien deze wijziging in en accepteer de indiening
· Keur de hersteloperatie goed door:
o alle geselecteerde segmenten in het linker paneel af te sluiten (of aanvaard alle wijzigingen in het rechterpaneel)
· De segmenten zijn niet langer als verwijderd genoteerd in de databank
Van zodra de administrator de herstelling heeft ingediend, komt in de segmentenlijst van de administrator een aanpassing (de hersteloperatie) op de segmenten bij.
Ook de validator ziet de aanpassing aan het segment die door de administrator is doorgevoerd.
Wanneer op een segment door meerdere personen aanpassing over aanpassing gedaan werd, is het mogelijk dat de GA-administrator bepaalde aanpassingen wil verwijderen om een beter zicht te hebben op de gewenste toestand voor het segment. In dat geval kan er geopteerd worden voor de radicale optie “Laatste wijziging ongedaan maken”. Deze optie zal dus enkel sporadisch toegepast worden.
Het gebruik van de knop ‘Laatste wijziging ongedaan maken’ heeft betrekking op de aanpassingen die te vinden zijn via de historiek knop bij een segment in een van de segmentlijsten. Bij elke klik, wordt de laatste aanpassing in de lijst van aanpassingen (van boven te beginnen) verwijderd. Verwijderde aanpassingen worden niet meer getoond op de map en zijn niet aanwezig in een door de supervisor uitgevoerde export van een organisatie. Enkel wanneer nieuw getekende segmenten ‘afgewezen’ worden of verwijderd via ‘laatste wijziging ongedaan maken’, blijven ze zichtbaar op de map als een verwijderd segment (historiek is bewaard). De GA-administrator ziet in de segmentlijsten als informatie “Toegevoegd segment afgekeurd/verwijderd”.
Afwijzen van een nieuw getekend segment, komt neer op het verwijderen van een nieuw segment met behoud van een edit in de edit historiek. Er wordt in de segmentlijst een info button toegevoegd die aangeeft dat het gaat om een nieuw getekend segment dat afgewezen/verwijderd is.
Laatste aanpassing aan een nieuw getekend segment ongedaan maken, komt neer op het verwijderen van een nieuw segment zonder behoud van een edit in de edit historiek. Er wordt in de segmentlijst een info button toegevoegd die aangeeft dat het gaat om een nieuw getekend segment dat afgewezen/verwijderd is.
In de standaard mode [GA-gebruiker] wordt in de databank van de Grachten Applicatie van alle aanpassingen een historiek bijgehouden (ook de aanpassingen die niet meer zichtbaar zijn voor de gebruikers). In de DEMO mode [GA-DEMOgebruiker] echter wordt in de databank van de GA geen historiek bijgehouden van de aanpassingen die verwijderd worden via een “laatste wijzigingen ongedaan maken”.
TIP !! Gebruik als GA-administrator de verschillende evaluatie opties in deze volgorde: 1) ‘Afwijzen/aanvaarden/overwegen’ voor eender welke aanpassing aan een segment of selectie van segmenten, 2) ‘Selectie herstellen’ enkel voor verwijderde segmenten (kan ook gebruikt worden in het geval van nieuwe segmenten die verwijderd werden), 3) ‘Laatste wijziging ongedaan maken’ enkel voor segmenten waar veel opeenvolgende aanpassingen aan gedaan werden door verschillende personen. Een beetje “als je door het bos de bomen niet meer ziet”.
|
De administrator heeft als taak centerlijnsegmenten als afgesloten door te geven aan de databank. Dat wil zeggen dat hij akkoord is met de huidige toestand van de centerlijn, al dan niet aangepast en deze in die huidige vorm wenst te bewaren.
Het afsluiten kan zowel op segmenten waarvan de aanpassingen reeds geëvalueerd werden, of waarvan de aanpassingen nog niet geëvalueerd werden. Bij het afsluiten van een centerlijnsegment waarvan de aanpassingen nog niet werden geëvalueerd, geeft de GA aan de databank door dat het segment afgesloten wordt met aanvaarding van de laatste toestand.
- selecteer een segment in de kaart of via de segmentlijsten (door op het oogje ‘Bekijken’ te klikken)
§ filter de lijst eventueel op Segment status = OPEN
- klik in het linker of rechter paneel op de geschiedenis knop
- bekijk de aanpassingen op dat segment in het rechterpaneel
- evalueer die aanpassingen
- sluit het segment via de knop bovenaan “Segment sluiten”
- het segment licht rood op in de kaart
Het is ook mogelijk dat de administrator in een eerste stap alle centerlijnen met hun aanpassingen evalueert en vervolgens deze centerlijnen selecteert om gezamenlijk af te sluiten.
Via selectie op de kaart
- alle geselecteerde centerlijnen verschijnen onder elkaar in het linker paneel
- klikken in het linkerpaneel bovenaan op “Alle segmenten sluiten” zal alle centerlijnen die op dat moment geselecteerd staan afsluiten
Via selectie via segment lijsten per organisatie/persoon of in gebied
- Selecteren op Segmenten in gebied of Organisaties+gebruiker
- Filteren op Segment status = OPEN
- Klik op ‘Bekijken’. De kaart zoomt naar de eerste 10 segmenten en opent de lijst aan geselecteerde segmenten in het linker paneel
- Klik op ‘Alle segmenten sluiten’ (linker paneel) à alle segmenten die geselecteerd stonden (=eerste 10) zijn aanvaard + gesloten
- Bij selecteren lichten ze rood op
- Volgende pagina in de lijst in het rechter paneel behandelen
- Klik op ‘Bekijken’. De volgende 10 segmenten worden geselecteerd
- Klik op ‘Alle segmenten sluiten’ (linker paneel) à alle segmenten die geselecteerd stonden (=eerste 10) zijn aanvaard + gesloten
- En zo herhalen tot alle segmenten bekeken en goedgekeurd en geclosed zijn
TIP !: Het is niet mogelijk om een centerlijnen/een selectie van centerlijnen te sluiten wanneer die centerlijn of een van de geselecteerde centerlijnen nog aanpassingen heeft die niet ingediend werden.
Er verschijnt een foutmelding.
GA-administrators kunnen segmenten binnen hun gebied die afgesloten werden opnieuw editeerbaar maken door deze te openen. Het afsluiten van de segmenten kan gebeurd zijn door henzelf of door een GA-administrator van een overlappend gebied.
Segmenten die afgesloten werden door de GA-supervisor kunnen niet meer door een GA-administrator geopend worden.
De GA-supervisor kan wel steeds alle gesloten segmenten terug openen.
Heropenen kan net als sluiten zowel individueel per segment of in bulk.
In plaats van te kiezen voor “alle segmenten sluiten” kies je hier voor “alle segmenten openen”
Stappen om centerlijnen te heropenen:
Via selectie op de kaart
- alle geselecteerde centerlijnen verschijnen onder elkaar in het linker paneel
- klikken in het linkerpaneel bovenaan op “Alle segmenten openen” zal alle centerlijnen die op dat moment geselecteerd staan en die niet door de supervisor zijn gesloten terug openen
Via selectie via segment lijsten per organisatie/persoon of in gebied
- Selecteren op Segmenten in gebied of Organisaties+gebruiker
- Filteren op Segment status = DICHT
- Klik op ‘Bekijken’. De kaart zoomt naar de eerste 10 segmenten en opent de lijst aan geselecteerde segmenten in het linker paneel
- Klik op ‘Alle segmenten openen’ (linker paneel) à alle segmenten die geselecteerd stonden (=eerste 10) zijn terug open voor aanpassing
- Bij selecteren lichten ze geel op
- Volgende pagina in de lijst in het rechter paneel behandelen
- Klik op ‘Bekijken’. De volgende 10 segmenten worden geselecteerd
- Klik op ‘Alle segmenten openen’ (linker paneel) à alle segmenten die geselecteerd stonden (=eerste 10) zijn terug open voor aanpassing
- En zo herhalen tot alle segmenten bekeken heropend zijn
Als gebruiker van de GA kan je steeds de lijnen die je zelf aanpaste en indiende wijzigen. Al de lijnen die jij zelf gewijzigd of nieuw getekend hebt, zijn terug te vinden in de segmenten lijst “Mijn wijzigingen”. Alle reeds gemaakte aanpassingen aan die lijnen worden per lijn bewaard in de GA databank. In de applicatie kan je de historiek van de aanpassingen bekijken per lijn via de ‘Geschiedenis’ knop bij elk segment.
De historiek van de aanpassingen geeft visueel weer welke opeenvolgende aanpassingen aan een segment gemaakt werden. De laatste aanpassing staat steeds bovenaan.
De GA-administrators vinden in de historiek van de aanpassingen ook eventuele additionele informatie over de aangebrachte wijziging (bij verwijdering) alsook informatie over de beoordeling van de aanpassing.
Centerlijnen die door jou kunnen aangepast worden hebben een gele highlight kleur bij selecteren.
Dit betekent voor de GA-gebruiker validator: dat het centerlijnen zijn die in zijn gebied vallen en nog niet aangepast werden of enkel door hemzelf aangepast werden.
Centerlijnen die niet (meer) door jou kunnen aangepast worden hebben een rode highlight kleur bij selecteren.
Dit betekent voor de GA-gebruiker validator: dat het centerlijnen zijn die in zijn gebied vallen, maar reeds door een andere gebruiker werden gewijzigd, of door een administrator/supervisor werden gesloten.
Dit betekent voor de GA-gebruiker administrator: dat het centerlijnen zijn die in zijn gebied vallen, maar reeds door een administrator/supervisor werden gesloten. De GA-gebruiker administrator kan in het hem toegewezen gebied gesloten segmenten terug openen en aanpassen. De GA-gebruiker supervisor kan altijd gesloten segmenten terug openen en aanpassen.
Segmenten die door de supervisor gesloten worden kunnen door geen enkele administrator opnieuw geopend worden.
Een gebruiker van de GA kan zijn huidige editeer sessie op 2 manieren beëindigen:
1. Door de browser tab te sluiten
In dit geval gaat de gebruiker nadat al zijn aanpassingen zijn ingediend stoppen met werken door het tabblad in zijn browser te sluiten.
2. Door zich actief af te melden
In dit geval gaat de gebruiker klikken op zijn naam (rechtsboven in de applicatie) en vervolgens op ‘Afmelden’.
Afmelden stopt de huidige editeer sessie en brengt de gebruiker terug naar het authenticatie scherm om eventueel aan te melden in eenzelfde of een andere rol.
TIP ! Controleer steeds eerst de segmentlijst “Huidige wijzigingen”. Deze moet leeg zijn om geen werk te verliezen.
Indien de segmentlijst “Huidige wijzigingen” niet leeg is, dient u eerst de wijzigingen in om zeker te zijn dat al de aanpassingen opgeslagen zijn.
Het is de bedoeling dat elke organisatie na het doorlopen van een volledige validatie en evaluatieronde van de centerlijnsegmenten, de organisatie formeel afsluit. Daarmee bevestigt de GA-administrator dat de centerlijnen in het gebied waar de administrator waterbeheerder van is, gevalideerd werden, al dan niet aangepast werden en dat de aanpassingen een evaluatie kregen van de GA-administrator van de organisatie. Het afsluiten van een organisatie betekent dat de validatie oefening voor die organisatie is afgerond.
Dit formeel afsluiten is UITSLUITEND bedoeld als laatste stap, aan het einde van een volledige validatie cyclus.
Van zodra de administrator van een organisatie formeel heeft afgemeld, hebben validators en administrators van die organisatie ENKEL NOG RAADPLEGER functionaliteit.
BELANGRIJK !: HET FORMEEL AFSLUITEN KAN NIET ONGEDAAN GEMAAKT WORDEN !
|
Stappen om de validatie voor een organisatie formeel te beëindigen (enkel GA-administrator):
- Check of alle aanpassingen van de gebruikers in uw organisatie door u geëvalueerd werden (via de segmentlijsten ‘Organisatie + gebruiker’ en de filter “edit status = ingediend”),
- Check of er mogelijk door overlappende organisaties wijzigingen aan de centerlijnen in uw gebied werden aangebracht (via de segmentlijst ‘segmenten in gebied’ en de filter “edit status = ingediend”)
- Evalueer alle nog openstaande aanpassingen
- Sluit alle geëvalueerde centerlijnen (Centerlijnen sluiten)
- Klik op uw naam en ‘Afmelden’
- Klik op ‘Validatie nu afronden en Afmelden’
- U krijgt een scherm om te accepteren en vervolgens op 'Afmelden' te klikken. Waarop uw organisatie volledig afgesloten is.
Aandachtspunten bij overlappende organisaties
- gebruikers van overlappende organisaties zien de afgesloten centerlijnen in hun gebied
- de administrator van overlappende gebieden kan de gesloten centerlijnen wel nog steeds terug openen
- gebruikers van overlappende organisaties kunnen vervolgens aanpassingen doen aan de heropende segmenten
- de historiek op de segmenten houdt die opeenvolgende open/close acties bij
- zolang een afsluitproces loopt, kunnen gebruikers van overlappende organisaties de niet gesloten segmenten ook nog aanpassen. In dat geval zal het afsluitproces daar rekening mee houden, door die centerlijnen niet te sluiten. Want er zit een aanpassing van een andere gebruiker op. Die segmenten kunnen vervolgens wel mee afgesloten worden tijdens het afsluitproces van de overlappende organisatie.
Belangrijk ! : Gelieve bij twijfel steeds eerst contact op te nemen met VMM alvorens een formele afsluiting te doen.
|